Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3(1957-1959)– [tijdschrift] Antilliaanse Cahiers– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 32] [p. 32] XXX Ik leid mijn karaveen maar verder. deze mensen zoeken iets, ik weet niet wat. Want de kokospalmen zijn al kaalgeplukt, de goede en de boze geesten, reeds in de avondschemering gevlucht. weldra raken ook de mijnen uitgeput. de herten komen nu niet meer aan de open beken drinken. de leeuwen worden mak en helpen herten vluchten. de krokodillen zijn ook weggedoken. het nijlpaard schuwt het veld, de olifanten vliegen schielijk weg. eens kwam de blanke karavaan en zocht een zwart lichaam. nu komt de blanke karavaan en zoekt een geest voor zijn musea. Vorige Volgende