Almanak voor de beschaafde jeugd voor het jaar 1799(1798)–Anoniem Almanak voor de beschaafde jeugd– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 37] [p. 37] Lied van Mietje, Op den Verjaerdag van haar Zusje betje. Jendig Wichtje! Daar 's een dichtje; Maar mijn lieve! scheur het niet; Wil vrij springen Onder 't zingen, betje! die zo vriendlijk ziet. Uw verjaren Roert mijn snaren; Is het wonder? 'k zong voorheen Toen u 't leven Werd gegeven, En uw morgenrood verscheen. Uit de boogjes Van uw' oogjes Zien wij gulle vreugd verspreid [pagina 38] [p. 38] Ieder trekje Van uw bekje Heeft een zwier van aartigheid. Zie ik neder, Gij reikt teder (Wijl gij trippeld op den vloer) 't Poesle knuistje, 't Mollig vuistje Aan uw lieve keesjebroer. 'k Zag u groeien, Tieren, bloeiën In dit afgelopen jaar. Druk noch rampen Deên u kampen Met het dodelijkst gevaar. Welk een zegen Trad u tegen, Van den Vader der natuur! Vader, Moeder, Zusje en Broeder, Voelen 't dankbaar liefde vuur. [pagina 39] [p. 39] Groei voorspoedig. Zoet en goedig Lieve betje! wordt rasch groot. Lieve Zusje! Reik me een kusje, Blijf nog lang mijn speelgenoot. Vorige Volgende