| |
Uit het veld
Kleurig geletterd
Tania Polak/centrum voor basiseducatie, Antwerpen
Alfacursisten en poëzie? Dat kan. Alfacursisten en beeldende kunst? Dat kan ook! Het bewijs wordt geleverd door Centrum voor Basiseducatie (CBE) Antwerpen. In het voorjaar van 2010 liep daar het project Kleurig geletterd. Niet minder dan tachtig alfacursisten werkten een maand lang aan hun eigen gedichten en kunstwerken. Hoe dat in zijn werk ging, verneemt ALFA-nieuws van Tania Polak, educatief medewerkster bij CBE en initiatiefneemster van het eerste uur.
De kiem van het project Kleurig geletterd ligt in 2009. In dat jaar werden de alfalesgevers van ons centrum uitgenodigd om met hun klas deel te nemen aan de wedstrijd Het vreemde gedicht. Deze poëziewedstrijd wordt jaarlijks in Antwerpen georganiseerd door het August Vermeylenfonds en het Huis van het Nederlands. De wedstrijd richt zich vooral op cursisten die NT2 volgen. NT2 dus, niet enkel alfa.
Het spreekt vanzelf dat wij een beetje sceptisch stonden tegenover die uitnodiging. Gedichten? Dat is toch meer iets voor gealfabetiseerde cursisten? Onze cursisten kunnen amper lezen en schrijven. Hoe zouden ze in 's hemelsnaam poëzie kunnen maken? Nu, we waagden de sprong en hebben het ons niet beklaagd. We stonden er dan ook niet alleen voor. Er was in inhoudelijke ondersteuning voorzien door de vereniging Jeugd en poëzie vzw. Een van hun medewerkers hielp de cursisten om de gedichten te maken. Het resultaat? Een aantal van onze cursisten kaapte mooie prijzen weg met hun poëzie. Dat smaakte natuurlijk naar meer. We dienden een project in bij het Postfonds voor Alfabetisering. Dat is een fonds dat in 1988 op initiatief van de Belgische Post opgericht werd en nu beheerd wordt door de Koning Boudewijnstichting. Jaarlijks richt het Postfonds een oproep tot het publiek om innoverende projecten voor de alfabetisering van jongeren en volwassenen in te dienen. Het project Kleurig geletterd was geboren. De opzet ging een stapje verder. Niet alleen poëzie, maar ook beeldende kunst behoort tot de mogelijkheden van onze cursisten! Tachtig alfacursisten van ons centrum namen in het kader van het project Kleurig geletterd deel aan vier opeenvolgende workshops. Die vonden plaats in maart 2010. In de eerste twee workshops, onder begeleiding van Jan Geerts van Jeugd en poëzie, schreven de cursisten gedichten. In de laatste twee workshops werden de emoties achter de gedichten visueel uitgedrukt. Beeldende kunst dus. Dit gebeurde onder de deskundige begeleiding van creatief therapeute Lin Verheyen.
De resultaten die de cursisten aan het eind van de workshops neerzetten, waren verbluffend. Een groots opgezette tentoonstelling volgde. Daarover verderop in dit artikel meer. Maar laten we eerst even stilstaan bij het proces zelf. Hoe gingen onze twee hoofdrolspelers, Jan en Lin, te werk? Hoe pakten ze de workshops concreet aan? En wat is hen het meest bijgebleven aan hun uren met onze cursisten? Eerst laten we Jan aan het woord.
| |
Dag Jan. De naam van jouw organisatie Jeugd en poëzie zegt het al. Jullie werken meestal met kinderen en jongeren. Waarom dan laaggeletterde anderstaligen?
Ook voor die doelgroep kan poëzie belangrijk zijn. Vooral voor die doelgroep! Poëzie schrijven is zoeken naar het juiste beeld, naar het mooiste woord. In dat opzicht zijn gedichten een gedroomd middel voor anderstaligen om hun woordenschat uit te breiden. Bovendien zit men voor één keer niet met handen en voeten gebonden
| |
| |
aan die vervelende grammatica. Er is een grotere taalvrijheid, meer ruimte voor creativiteit. Een zin of woordcombinatie die in de alledaagse taal als fout aangerekend wordt, kan in een gedicht net heel mooi en waardevol zijn. Zo zorgt poëzie voor taalplezier, en niet voor taalfrustratie. Maar er is meer dan woordenschatverwerving en taalplezier. Poëzie kan de kloof dichten tussen de vreemde taal en het eigen gevoelsleven. Dankzij poëzie ervaren mensen dat die nieuwe taal meer is dan enkel een communicatiemiddel. Dichtende mensen denken, voelen en bestaan in de nieuwe taal. Dat is heel belangrijk. Het is een noodzakelijke stap om een nieuwe taal écht te leren en te blijven spreken.
Poëzie heeft daarnaast ook een sterke emancipatorische kracht. Een mens moet zich niet alleen thuis voelen in een land, een mens moet zich ook thuis voelen in een taal. Poëzie is het medium bij uitstek om mensen hierbij te helpen. Voor anderstaligen die vaak geconfronteerd worden met mislukking, negatieve reacties, ontmoediging en onbegrip kan poëzie een houvast zijn, een bevestiging van de eigenwaarde.
| |
Ik kan me voorstellen dat laaggeletterde anderstaligen de gedichten niet zo vlotjes uit hun mouw schudden?
Dat klopt. Alfacursisten zijn helemaal niet vertrouwd met het medium poëzie. Daarom maken we, voor ze individueel aan de slag gaan, in een eerste workshop een gedicht met de hele klas.
| |
Hoe pak je dat concreet aan?
Ik vertrek steeds vanuit iets concreets. Iets zichtbaars of tastbaars. Dat kan bijvoorbeeld een voorwerp zijn of een foto. Daaromheen verzamelen de cursisten dan zo veel mogelijk taal. Kort samengevat gaat de beweging van woord naar zin naar gedicht. In een eerste fase ligt mijn focus op woordniveau. Als de cursisten een heel verhaal vertellen, probeer ik samen met hen de treffendste beelden eruit te halen en daarmee verder te werken. Ik vraag voortdurend door en daag de cursisten uit zo veel mogelijk woorden te vinden: Welke kleuren zie je? Is het dag of nacht, zomer of winter? Wat hoor je? Wat ruik je? Welke bewegingen zie je? Welk adjectief hoort bij dat woord? Het is een gezamenlijke zoektocht naar exact het juiste woord, exact de juiste schakering.
Als er woorden genoeg zijn, gaan we vervolgens zinnen maken. Ik maak de cursisten aan de hand van een aantal voorbeelden duidelijk dat ze speciale combinaties kunnen maken: een emotie met een smaak als liefde is zuur, een levenloos ding met een gevoel als de grond is boos of een abstract begrip met een werkwoord zoals mijn verdriet wandelt. Voor je het weet heb je op die manier een aanzet tot een gedicht. In de laatste fase halen we uit de gevonden zinnen de knapste of de zinnen die het mooist bij elkaar horen. Ik richt de aandacht van de cursisten in deze fase bewust niet op de inhoud. Een gedicht hoeft immers niet de strakke logica van een verhaal te hebben. Het kan best een opeenstapeling van beelden zijn zonder begin of einde. De vorm van de zinnen is het belangrijkst. Daar probeer ik de cursisten op te wijzen: op het ritme, op het samenspel van de klanken. Eventueel passen we samen de zinnen en woorden aan zodat ze mooier worden, beter bij elkaar gaan horen. En dan is het gedicht klaar.
| |
Wilden de cursisten steeds dezelfde weg op met een gedicht als jij? Of waren er soms verschillen?
De cursisten zijn de baas. Het is hun gedicht, zij hebben altijd het laatste woord. Soms moet je dan als begeleider inbinden. Zo had ik bijvoorbeeld eens een foto van een spoorweg en een koffer bij me. Woorden als ‘valies’ en ‘vakantie’ kwamen vrij snel uit de groep. Ik vroeg door: Wat zou er in de valies zitten denk je? Allerlei mogelijkheden werden uitgesproken. Plots roept een cursist: ‘Vakantie in de valies!’ Ik was natuurlijk onmiddellijk gecharmeerd door zo veel poëzie in die spontaan uitgeroepen zin en noteerde hem ijverig op het bord. Maar de cursisten dachten er anders over. Ze hadden liever ‘kleren in de valies’. Heel wat minder poëtisch. Ik heb dan maar schoorvoetend toegegeven (lacht).
| |
Laatste vraag, Jan. Wat blijft je bij aan je uren met onze cursisten?
De verhalen die ze allemaal meedragen. De noodzaak die ze voelen om die te vertellen én de onmacht om ze te vertellen. De opluchting, de verwondering, de blijdschap wanneer ze zien dat je hun woorden begrijpt.
Waar het werk van Jan Geerts stopt, gaat Lin Verheyen verder. Lin is educatief medewerkster bij Centrum voor Basiseducatie Antwerpen, maar daarnaast geeft ze ook creatieve vormingssessies bij Een Regenboog. Ze is opgeleid als therapeute in de interactionele vormgeving. In de workshops die ze voor Kleurig geletterd op poten zette, vertrok ze van de gedichten die de cursisten tijdens de eerste twee workshops maakten. Hoe ze de cursisten ondersteunde om van woorden op papier tot tastbare kunstwerken te komen, vragen we haar zelf. Maar eerst even advocaat van de duivel spelen.
| |
Dag Lin. Alfacursisten en beeldende kunst. Is dat geen brug te ver?
Zeker niet. Het klopt natuurlijk dat alfacursisten, net zomin als met geschreven taal, ook niet vertrouwd zijn met de creatieve taal die aan de basis ligt van beeldende kunst. Creatieve taal maakt gebruik van kleur, lijn, vorm en textuur. Ze leidt tot communicatie die de beperkingen van het verbale overstijgt. De cursisten hebben die taal in hun thuisland nooit geleerd. Ze zijn waarschijnlijk wel bezig geweest met verf, penseel, lijm, koord, breiwol of klei, maar dan vanuit puur praktische overwegingen, nooit omwille van het creatieve proces. Nu werden ze uitgenodigd om na te denken over de kleuren, de vlakken en de materialen die
| |
| |
toepasselijk zijn bij een woord of zin of om aan te voelen welke vormen en lijnen pasten bij hun gedicht. Dat was niet eenvoudig. Maar dat iets niet vertrouwd is, wil nog niet zeggen dat het niet goed of waardevol kan zijn. Zowel het creatieve proces zelf als het eindresultaat schonk veel vreugde en voldoening aan de cursisten. Ze werkten energiek aan hun eigen unieke werkstuk en bemoedigden elkaar enthousiast. Zowel mannen als vrouwen genoten de hele tijd. Ze werkten met rood aangelopen wangen, ingespannen en geconcentreerd, en vroegen zelfs niet om pauze. Een aantal cursisten nam hun werkstuk zelfs mee naar huis om het verder af te werken. Na de workshop blaakten ze van energie en straalden ze van geluk bij het zien van hun eigen werkstuk. Ze waren heel trots op hun creatie en keken met respect naar die van anderen.
| |
Hoe ging je te werk?
Creatieve workshops kunnen op verschillende manieren gestructureerd worden. Je kan als begeleider op voorhand zelf een keuze maken voor bepaald materiaal, bijvoorbeeld klei. Dan demonstreer je eerst een aantal technieken om met die klei mooie resultaten te bereiken. Vervolgens ontdekken de deelnemers zelf welke techniek hun het best ligt. Dat kan een heel leerrijke werkvorm zijn, maar ik koos in dit geval voor een andere aanpak, de zogenaamde ervaringsgerichte methodiek. In dat geval stel je een heel breed gamma aan materialen ter beschikking en laat je de cursisten, vertrekkend vanuit hun gedicht, een eigen persoonlijke keuze maken. Ik had verf, klei, papier, karton, hout, touw, stof, parels, takken, steen, veren, schelpen, krijt, inkt, lijm en breiwol. Zo kan ik nog even doorgaan hoor.
| |
Een hele verhuizing lijkt mij.
Dat is zo. Maar het mooie is dat het werk dan veel persoonlijker wordt. De diversiteit aan materialen prikkelt en stimuleert de fantasie. Cursisten kiezen vanuit hun eigen visie, vanuit hun eigen gevoelens en gewaarwordingen. Geen twee maken dan hetzelfde werk.
| |
Je zit dan in die klas met de cursisten en al die materialen. En dan? Kiezen ze helemaal zelf of help je een handje?
De meeste cursisten kunnen wel wat hulp gebruiken. Ik vertrek altijd van het gedicht. Dat breng ik eerst in herinnering. Vervolgens kiest de cursist die woorden of zinnen uit die hem of haar het diepst raken of die gewoonweg het mooist klinken. Dan zoeken we samen naar associaties van deze woorden met kleuren, lijnen, materialen, beweging, grootte, dikte of diepte. Zo komt elke cursist, vanuit een persoonlijke beleving van zijn of haar woorden, tot een even persoonlijke beeld dat gestalte geeft aan die woorden.
| |
Bedankt Lin. De beelden die de cursisten maakten, mogen er inderdaad zijn!
Als afsluiting van het project Kleurig geletterd werden de kunstwerken tentoongesteld in het Antwerpse Atlasgebouw. Een gedroomde locatie. Het Atlasgebouw herbergt immers allerlei diensten rond diversiteit en inburgering en het onthaalt jaarlijks duizenden nieuwkomers. De opening van de tentoonstelling werd opgeluisterd met de aanwezigheid van de Antwerpse stadsdichter Peter Holvoet-Hansen. Op onnavolgbare wijze droeg deze een aantal gedichten voor. Neem zeker eens een kijkje op www.youtube.com (zoekterru kleurig geletterd). De opening van hun tentoonstelling was voor veel cursisten de kroon op het werk. Meer dan één cursist nam glunderend plaats voor het eigen werk en vertelde trots en voldaan over het opzetten en uitwerken ervan. En over de aanleiding voor hun woorden: hun levensverhaal, hun verdriet of gemis, hun pijn of vreugde, hun problemen en de dromen die ze koesteren.
Na de tentoonstelling verhuisden de kunstwerken naar onze school. Ze sieren nu onze gangen! Wie graag komt kijken of meer informatie wenst, is van harte welkom. Je kan contact opnemen met Tania Polak. Wie naar aanleiding van dit artikel de smaak te pakken heeft en ook zelf, met zijn of haar alfaklas, poëzie of kunst wil gaan maken, kan contact opnemen met Jeugd en poëzie. Zij komen graag ook in jouw klas.
| |
Informatie:
Kleurig geletterd is een project van Open School, Basiseducatie Antwerpen vzw
www.basiseducatie.be
Tania Polak
Centrum voor Basiseducatie Antwerpen
Vredestraat 93, 2600 Berchem
03 230 22 33, tania.polak@cbe-antw.be
Jeugd en Poëzie
Bogaerdstraat 23, 1785 Merchtem
www.jeugdenpoezie.be
0496 39 34 73, jan@jeugdenpoezie.be
|
|