deze branche kan het een platform zijn voor uitwisselingen tussen vakgenoten. In dit kader organiseren we themabijeenkomsten, trainingen en specifieke projecten. Ook geven we informatie en advies aan verschillende partijen die verbonden zijn aan de zorg- en welzijnssector. Zo kan bijvoorbeeld een nieuwe wet tijdens een bijeenkomst toegelicht worden, zodat alle belanghebbenden goed op de hoogte zijn. Belangrijk is ook de site www.brabantzorg.net. Deze site bevat naast informatie over de diverse zorg- en welzijnsinstellingen in Brabant een vacaturebank waar werkgevers werknemers kunnen zoeken, gerangschikt naar de verschillende functies en niveaus.
Werkzoekenden kunnen er kosteloos hun cv achterlaten voor functies (betaald of vrijwillig) in de zorg. Deze activiteiten worden gefinancierd door middel van het lidmaatschap van werkgevers. Zij kunnen zich abonneren op verschillende diensten die TSO-Agora aanbiedt. Ook krijgen we subsidie vanuit de provincie.’
Wat is het voornaamste doel van TSO-Agora?
‘Een belangrijke activiteit is het verbeteren van het imago van de zorg, waardoor meer mensen voor deze sector behouden blijven en instromen. Dit laatste gebeurt in samenwerking met de UWV, het CWI en de gemeenten. Werkzoekenden die interesse tonen in de zorg- en welzijnssector worden uitgenodigd voor een intakegesprek waarin beoordeeld wordt of zij geschikt zijn om in de zorg te werken. Ik vind dat het niet gaat om het hebben van het juiste diploma om in de zorg te gaan werken. Veel belangrijker zijn de zogenaamde evc's, de ‘eerder verworven competenties' die mensen in hun leven hebben opgedaan. Misschien heeft iemand geen erkende opleiding op het gebied van de zorg afgerond, maar wel ervaring met het opvoeden van kinderen. Als mensen de juiste motivatie en houding hebben, gecombineerd met eerder verworven competenties, zijn ze ook geschikt om in te stromen in de zorg, bijvoorbeeld in de functie van gastvrouw of assistent.’
Hoe komt een laagopgeleide werkzoekende dan aan het werk?
‘TSO-Agora bepaalt in een gesprek met een werkzoekende of iemand qua persoon, motivatie en houding geschikt is om in de zorg te werken. Wat voor ‘eerder verworven competenties' iemand heeft, wordt door het ROC in kaart gebracht. Ten slotte wordt de nieuwe werknemer door de instelling zelf wegwijs gemaakt in de zorg.’
Hoe gaat dit dan in de praktijk? Want vaak worden wel diploma's gevraagd.
‘Door de overheid is vastgesteld dat een diploma van het middelbaar beroepsonderwijs (MBO) op niveau 2 noodzakelijk is om te kunnen werken in de zorg. Je hebt dan een “startkwalificatie”. Ik vind het belangrijk om te laten zien dat ook mensen met een diploma op niveau 1 kunnen werken in de zorg, mits zij beschikken over de juiste motivatie en evc's. Naar aanleiding van een onderzoek in samenwerking met de Raad van Werk en Inkomen is vastgesteld dat instroom op niveau 1 in de zorg zeker mogelijk is. Wel is het daarbij belangrijk dat werkzoekenden de Nederlandse taal mondeling goed beheersen. De communicatie met hulpbehoevenden is immers erg belangrijk. Zijn mensen eenmaal werkzaam in de zorg, dan kan de werknemer daarna intern verder opgeleid worden als daar behoefte aan is.
Wij werken met mensen van verschillende opleidingsniveaus. Daarom is het belangrijk om per persoon maatwerk te leveren. In deze tijd van hoogconjunctuur (groeiende economie) zijn het mensen met een diploma die snel een baan vinden. Mensen die bij de gemeenten “in de kaartenbakken” overblijven, dus geen baan vinden, zijn vaak laagopgeleid. We proberen ook deze mensen, als ze daarvoor interesse tonen, in te laten stromen in de zorg. Ik vind het jammer dat, als het over laagopgeleiden gaat, vaak wordt benadrukt wat mensen niet kunnen. Ik vind het veel interessanter, zowel voor de zorg als voor de werkzoekenden, om te kijken naar wat mensen wel kunnen.’