Alfa-Nieuws. Jaargang 7(2004)– [tijdschrift] Alfa-nieuws– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 10] [p. 10] De krant in de klas Hodja op het feest Er was een groot feest in de stad. Alle mensen gingen naar het feest. Hodja ging ook naar het feest. Hij dacht: ‘Ik ben ik, ik ga gewoon zoals ik ben.’ Hij deed geen duur pak aart, hij zette geen hoed op, en hij deed geen nette das om. Hij ging gewoon zoals hij was. Hodja kwam bij het feest. Hij knikte vriendelijk, maar niemand knikte terug. Niemand gaf hem een hand. Niemand zei: ‘Hoe gaat het met je?’ Niemand zei: ‘Wil je iets drinken?’ Niemand zei: ‘Wil je iets eten?’ De mensen zagen hem gewoon niet staan. Hodja ging weer naar huis. Hij liep naar de kast, en pakte zijn dure bontjas. Het was een jas van echt bont. Hij deed de jas aan. Toen ging Hodja weer naar het feest. Meteen kwam er een man naar hem toe. [pagina 11] [p. 11] ‘Goedendag, leuk dat je er bent. Hoe gaat het met je?’ Toen kwam er een vrouw. ‘Wat wil je drinken?’, vroeg de vrouw. ‘Thee graag’, zei Hodja. En hij kreeg een groot glas thee. ‘Als je iets wilt eten,’ zei de vrouw, ‘daar op tafel staat het eten.’ Hodja liep naar de tafel. Daar stond een schaal met vis en saus. Hij ging zitten. Toen pakte hij de punt van zijn jas, en doopte die in de lekkere saus. Een paar mensen keken raar op. ‘Wat doet hij nou?’, vroegen ze zich af. Hodja lette er niet op. Hij pakte een andere punt van zijn jas, en doopte die weer in de schaal. Nu keken heel veel mensen. ‘Wat doe je toch?’, vroegen ze aan Hodja. ‘Nou gewoon,’ zei Hodja, ‘ik geef mijn jas te eten. Want mijn jas was welkom op het feest. En ik niet. Dus nu krijgt mijn jas ook het lekkers.’ Illustratie: Conny van der Neut Vorige Volgende