Alfa-Nieuws. Jaargang 7
(2004)– [tijdschrift] Alfa-nieuws– Auteursrechtelijk beschermdUit het veldAl schrijvend schaamte overwinnen
| |
[pagina 5]
| |
Om analfabetisme onder Nederlanders onder de aandacht te brengen, bracht prinses Laurentien op 8 september (de Internationale Dag van de Alfabetisering) een bezoek aan onder meer ROC Zadkine in Rotterdam. Op een van de locaties met NT1-ers - zo wordt de groep autochtone Nederlanders genoemd die les krijgen - was de prinses op bezoek, waarbij ook docenten en cursisten van andere locaties aanwezig waren. De groep die les krijgt in Rotterdam-Zuid heeft speciaal voor deze gelegenheid een boekje gemaakt dat ze de prinses in besloten kring mochten aanbieden. Twee van hen hebben hun eigen verhaal voorgelezen. ‘Vijftien jaar geleden had ik dit niet gedurfd’, zegt de een. Alle cursisten beamen dat ze nu meer durven, zich vrijer voelen. Een van hen wil zelfs Engels gaan leren als ze klaar is met Nederlands. Ik sprak met Frans Berends, docent van de groep die de bundel maakte.
Hoe zijn jullie er zo toe gekomen om een boekje te maken? ‘Nou, we hadden al eerder verhalen geschreven, kringverhalen. Je kent dat wel, een begint met een zin, de volgende verzint er wat bij, de derde gaat door, enzovoort. Die verhalen schreven we eerst op papier en daarna op de computer en zo hadden we al wat verhalen verzameld. Toen we hoorden dat prinses Laurentien op bezoek zou komen en wij daarbij konden zijn, hebben we bedacht dat we verhalen zouden schrijven over het eigen leven. Iedereen vraagt zich altijd af hoe het kan dat iemand niet kan lezen en schrijven. Wij wilden door deze verhalen duidelijk maken hoe dat kan gebeuren en dat ook aan de prinses laten weten.’ En hoe ben je toen begonnen? ‘Eerst hielden we een groepsgesprek met als thema: hoe komt het nou dat je hier op de cursus zit? Het niet kunnen lezen en schrijven heeft een oorzaak in het verleden: vertel eens over dat verleden. Door erover te vertellen en te praten kwam er een stuk verleden naar boven dat de cursisten altijd weggedrukt hadden. Er ontstonden toen hele leuke gesprekken en er kwamen nog veel meer verhalen los.’
Wat waren dat voor verhalen? ‘Vaak hele dramatische verhalen. Want je moet wel weten dat analfabetisme nooit zomaar ontstaat. Er zit altijd een verhaal achter en soms zijn dat heel gruwelijke verhalen over misbruik, kleinering, enzovoort. Je wil niet weten wat sommige van die mensen allemaal meegemaakt hebben.’
En ging dat dan wel? Durfden mensen dat allemaal wel te vertellen? ‘Ja, toen we eenmaal begonnen, kwam het allemaal weer boven. Het riep vaak ook herkenning op. Zo van “dat heb ik ook meegemaakt”, bijvoorbeeld bij twee cursisten die dezelfde achtergrond hadden als schipperskind. Sommige mensenzaten al jaren bij elkaar op les maar door deze verhalen hoorden ze nu dingen die ze absoluut niet van elkaar wisten.’
Hoe ben je daarna verder gegaan? ‘Na het eerst verwoord te hebben, zijn de cursisten allemaal iets gaan schrijven over hun eigen verleden. Die verhalen hebben we toen voorgelezen in de groep. De geschreven verhalen zijn we daarna gaan “overschrijven” op de computer. Ze hebben er zelf plaatjes bij gezocht op internet. Dat was nog een leuk neveneffect. Daarvóór hadden ze geen idee wat er allemaal kon met de computer en dat hebben ze nu ook ervaren.’
Kon iedereen zelf zijn verhaal opschrijven? ‘Nee, een paar kunnen dat niet zelf, maar dan helpen de meer gevorderden hen wel. Ze vragen gewoon hulp aan elkaar. Ze laten het aan elkaar lezen en geven en krijgen dan ook feedback. Dat werkt heel goed. Ik help natuurlijk wel als docent, maar ze doen heel veel met en voor elkaar.’
En hoe ging het tom met de prinses? ‘Dat ging prima. Ze was heel belangstellend en wilde graag de verhalen horen. Twee cursisten hebben hun verhaal voorgelezen. Ze waren natuurlijk zenuwachtig, maar het ging allemaal goed. We waren natuurlijk ook trots op het boekje. Het ziet er echt goed en mooi uit.’ | |
[pagina 6]
| |
Je zei dat er altijd een verhaal achter zit, iets waardoor cursisten niet hebben leren lezen en schrijven. Kunnen ze het nu wel leren? ‘Jazeker, voor een deel wel, alleen moeten ze het lezen wel altijd bij blijven houden. Als ze er niets meer aan doen, verleren ze het weer, maar voor ons geldt eigenlijk hetzelfde: kennis die je niet onderhoudt verdwijnt op den duur. Wie weet nog alles wat hij bij geschiedenis heeft geleerd op school? Lezen en schrijven verleren we niet, omdat we het elke dag doen, maar voor veel cursisten geldt dat niet. Die lezen en schrijven in hun thuissituatie niet of bijna niet. Vaak is de les de enige plek waar ze het toepassen.’
En nu? ‘Ja, zoals ik al zei, we zijn er een hele hechte groep door geworden. Eigenlijk hebben ze hierdoor niet alleen schrijven geoefend, maar ook sociale vaardigheden bijgeleerd. Ik had namelijk door de 0800-actieGa naar eind* wat nieuwe cursisten erbij,terwijl anderen al jaren op les zaten. Tegen die nieuwe cursisten bestond wat weerstand en omgekeerd voelden de nieuwe cursisten zich niet echt thuis. Nu is dat helemaal over. Ze accepteren elkaar nu volledig en zijn een groep geworden. Door te praten en te schrijven over hun eigen leven is er een deel van de schaamte verdwenen. Ze zagen dat zij niet de enigen waren. Dat anderen het net zo voelden als zij en daardoor kregen ze ook vergreep op het verleden. Ik denk dat ze hierdoor een stuk verleden dat ze altijd weggedrukt hebben, nu een beetje meer verwerkt hebben.’ |
|