Speerpunten
Wie een kant-en-klaar recept verwacht om aan de slag te gaan in een alfagroep is bij voorbaat gewaarschuwd: een magische formule bestaat er niet. Wel heeft de werkgroep haar inzichten gebundeld en stellingen betrokken die, bij gebrek aan wetenschappelijk onderzoek, niet steeds kunnen hardgemaakt worden. Men kan het met ons eens zijn of niet, maar we spreken wel klare taal en hopen daarmee onderwijsverstrekkers, materiaalontwikkelaars en beleidsmakers tot nadenken te stemmen. De discussies die reeds op gang gekomen zijn, zullen noodgedwongen alle partijen rond de tafel brengen om ten aanzien van de doelgroep weloverwogen keuzes te maken. In dit artikel geef ik geen samenvatting van de visietekst, maar wel zal ik enkele speerpunten voor u op een rij zetten.
Dè analfabete cursist bestaat niet. Volledig analfabete cursisten, semi-analfabeten, anders-alfabeten en cursisten met leerproblemen hebben allerlei specifieke kenmerken, maar ze hebben één ding gemeen: ze verschillen in veel opzichten van gealfabetiseerden omdat ze een aantal vaardigheden en attitudes missen. Met betrekking tot leerhouding, tekstbegrip, cognitieve vaardigheden en opzoekvaardigheden hebben deze cursisten een achterstand die soms wel, soms niet in te halen is. Wat leerhouding betreft zijn de cursisten bijvoorbeeld niet of nauwelijks vertrouwd met zelfstandig werken, met leerconventies, met het bewaken van het eigen leerproces of met het corrigeren van het eigen handelen. Wat betreft cognitieve vaardigheden zijn de cursisten niet of nauwelijks vertrouwd met nauwkeurig waarnemen, vergelijken of oriënteren in ruimte en tijd.
Naar de manier waarop volwassen anderstalige analfabeten leren is, zo stelden wij vast, dringend onderzoek nodig. En in het alfabetiseringsonderwijs moet rekening worden gehouden met de leerbehoeften van de cursisten.