indrukken te verwoorden en een schriftelijke weerslag te geven. Soms ook maakten ze samen een gedicht of een verhaal over een kunstwerk (Moord in het museum). Iedereen, ook de docent en de museummedewerker las zijn werk voor en praatte erover. Bij de presentatie van het boek lazen de cursisten voor uit eigen werk.
Bij een ander project, in Kitchener, werd samen met cursisten gewerkt aan de teksten bij de tentoongestelde voorwerpen. In een museum moet traditioneel veel gelezen worden. Veel kennis die nodig is om het tentoongestelde te kunnen begrijpen, wordt opgedaan door middel van tekst. Het museum levert die kennis, maar zelden zo dat bezoekers uit alle lagen van de maatschappij die kennis ook kunnen consumeren. Daarom werden cursisten van lees- en schrijfgroepen ingezet als deskundigen bij het maken van een folder van het museum in duidelijke taal. Dat resulteerde onder andere in de richtlijnen voor schrijven in klare taal (zie het kader rehts).
Bij weer een ander project werd mondeling overleverde historische kennis verzameld en vastgelegd. Cursisten konden hun eigen verhalen over vroeger gebruiken, maar ook werden er interviews met anderen afgenomen. Gezamenlijk werd overlegd wat er verzameld moest worden, wat er aan verhalen en verslagen opgenomen moest worden en hoe dit materiaal beschikbaar gemaakt kon worden voor andere belangstellenden. Daarbij kwam veel functioneel lezen en schrijven aan bod. In Ontario koos men het onderwerp ‘trouwrituelen’ dat zeker in multiculturele groepen een succes zal zijn.