Schoolse kennis en vaardigheden
Tijdens het gesprek aan het begin werd Sadia van alles gevraagd over wat je gemakshalve schoolse kennis en vaardigheden zou kunnen noemen. Kun je tekenen en kleuren? Knippen en plakken? Kun je tellen? Tot hoever? Klokkijken? Ken je de dagen van de week, de maanden van het jaar? Weet je je geboortedatum? Kun je je naam schrijven? Bij de meeste vragen werd meteen ook even gecontroleerd of het klopte wat Sadia als antwoord gaf (Welke dag is het dan vandaag? Hoe laat is het nu? Schrijf je naam eens op.) Van de (schrijf)motorische vaardigheden werden tijdens de observaties notities gemaakt. Sadia vertelde dat ze kon tekenen, kleuren, knippen, plakken en een beetje schrijven. Dat werd tijdens de observaties bevestigd: ze had geen enkele moeite met deze fijnmotorische vaardigheden. Wel bleek uit de observaties dat ze het een enkele keer lastig vond een oefening met de letterdoos bijvoorbeeld een beetje ordelijk aan te pakken. Het was bijvoorbeeld niet vanzelfsprekend van links naar rechts te werken, of van boven naar beneden.
Sadia kan tellen, ze kan klokkijken, ze kan haar eigen naam schrijven, ze kent de dagen van de week en kan ook vertellen welke dag het is. De maanden van het jaar kent ze niet precies maar haar geboortedatum kan je zo vertellen.
Sadia is net twee weken bezig met leesonderwijs als de observaties beginnen. Met visuele en auditieve discriminatie heeft ze weinig moeite. Ze heeft op dat moment twee kernzinnen gehad, twee globaalwoorden geleerd en de letters v, s, k, i, o zijn uitvoerig behandeld. Op dat moment herkent ze alleen de globaalwoorden die ze gehad heeft. Na zes weken leest Sadia de meeste woorden die ze moet lezen zachtjes spellend. Raden op basis van een of ander visueel kenmerk (bijvoorbeeld meteen vis lezen als ze een i ziet), doet ze nagenoeg niet. Ze leert eigenlijk heel vlot lezen, vergeleken met haar twee analfabete medeleerlingen die in dezelfde groep zitten.
In andere opzichten is ze is nog een echte beginner in het lees- en schrijfonderwijs: ze drukt bijvoorbeeld hard op het potlood, vindt het moeilijk om op de lijntjes te schrijven en heeft veel en vaak feedback van de docent nodig.
Sadia was een van de leerlingen, die een tijd gevolgd werd in het alfabetiseringsonderwijs. Zie voor een uitvoeriger beschrijving Moer, 1998, 3.