Ad Interim. Jaargang 6(1949)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 284] [p. 284] Angèle Degroux Wie ben ik, hier ontwakende als een die sterven gaat.... Een bange droom bezat mij - ik vergat hem wien mijn ziel behoorde, en betrad een effen weg naar huis en hof en kind en luwte, maar wat murmelde de wind - zo teêr, zo wreed, zo zoet, zo boos - wat steeg omhoog in geur van roos of anjelier, en wat verstak zich listig in een lied dat brak uit late vogelkelen.... ‘o liefste, vlucht niet langer nu, gij leeft in mij, ik leef in u, nooit kon een wil het hart bevelen....’ Hoe ben ik, hier ontwakende als een die sterven gaat, een roekeloze, die haar toegewijden derven laat.... Maar 'k moet u, liefde, drinken nu met diepe teugen: ik kan niet sterven in een leugen. Vorige Volgende