Ad Interim. Jaargang 6(1949)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 239] [p. 239] Geheime ode Paul Valéry Zalig bezwijken, zoete vrede, vergeten strijd, o na de reien, behagelijk, de weke leden diep in het mostapijt te vlijen! Nooit heeft een zomerzonnestraal op parels heerlijker geglansd, dan nu de gloed der zegepraal een zweetbedropte slaap omkranst. Doch, aangeraakt door 't schemerlichten, is 't hulsel van zo grote daden, dat danste en Heracles deed zwichten, niets dan een heuvel rozebladen. De sterren schrijden aan. Slaap voort, gij held, die nu ontbonden zijt; de Hydra die bij u behoort ontwindt zich in de oneindigheid... O met wat Stier, en Hond, en Beren, met wat trofeeën van haar stempel, bevolkt de ziel de lege sferen bij 't overschrijden van de drempel! Vervulling, die, door fabeldier en god, in sprankelende schijn getuigt dat grote daden hier niet hier, maar in de hemel zijn! Jan Deluyke Vorige Volgende