Ad Interim. Jaargang 6(1949)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 77] [p. 77] De weemoedige herfst De weemoedige Herfst. En de vruchten bonzen uit het bronzen geblaârt in het natte gras, en uw trage vingeren proeven de donzen bessen met wijnrood sap, der mahonia's. En de beken zijn donker van donker water en uw ogen zijn duister van duister licht... Eerst de zwaluwen, sierlijk, de kranen later en de ganzen traag, varen door 't dunne licht en door 't spiegelend water der bruine beken naar een land waar de Herfst hen niet achterhaalt, tussen hemel en aarde het magisch teken voor ons hart dat verloren en zinloos wacht, met schaduw van verdoemde tijden omhangen maar doorbeten van zout en zuivrende wind van verdrietige angst, onrustig verlangen naar een land waar geen dood onze sporen vindt. Vorige Volgende