Kunstliefde te Utrecht jubileert
Het Genootschap Kunstliefde, waarin vrijwel alle Utrechtsche schilders, beeldhouwers en sierkunstenaars georganiseerd zijn, is tot 9 November a.s. te gast in de bovenzalen van het Centraal Museum. Het geniet deze eer ter gelegenheid van het 140-jarig bestaan van het Genootschap, dat destijds vermaardheden als P.C. Wonder en Willem Bilders, maar doorgaans ook veel dilettanten onder zijn leden geteld heeft. Van dit element zijn de gelederen van Kunstliefde, getuige een deel van de inzendingen, nog steeds niet volledig gezuiverd, maar over het algemeen verheft de tentoonstelling zich toch wel boven het peil van een provinciaal onder-onsje, al moet worden toegegeven dat dit behalve aan figuren als Otto van Rees en Willem van Leusden ook aan de buitenleden Johan Buning en Jan Wiegers te danken is. Verrassend is echter, naar omvang en kwaliteit, het aandeel dat de beeldhouwers in deze tentoonstelling nemen - vooral de jongeren Piet d'Hont en Jan van Luyn komen voortreffelijk voor den dag - terwijl de glaspaneelen van Gerard Douwe en Ans van Zeyst, vervaardigd in samenwerking met de Stichtsche Glashandel, iets te zien geven wat men niet zoo spoedig elders zal tegenkomen.