Ad Interim. Jaargang 4(1947)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 182] [p. 182] Overzicht Wie kan een recht op het geluk doen gelden? Peinzend ga ik weer zitten voor het raam: alles is zo gewoon - maar wie vertelde mij eens het oud verhaal van ons bestaan? En jij bent nu zo ver van mij vandaan. Graag zei ik je nu alles wat mij kwelde, omdat het nu zo klaar voor me komt staan: niemand kan recht op het geluk doen gelden. Laat alles maar zo zijn - en ik en jij en allen - laat ons allen maar alleen nederig zijn, want vinden doet er geen. Ik zit voor 't raam, maar niemand gaat voorbij. Zijn allen nu bevreesd voor het getij? Alles gaat toch weer heen - gaat toch weer heen... Michel van der Plas Vorige Volgende