Ad Interim. Jaargang 2(1945)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 128] [p. 128] Bertus Aafjes Maria onderweg ‘Waarom zoo eenzaam en zoo gezwind? Jonkvrouw Maria, rust een wijle! Strijdvaardig, wakker gelijk de wind, Ach, waarom u te overijlen? Hoog zijn de bergen, ruw is de baan, Daarbij telt zij ook vele mijlen; Teer zijn de voeten die er op gaan, Jonkvrouw Maria, rust een wijle.’ ‘Waarom zo eenzaam en zo gezwind, Dat wil ik u graag toevertrouwen; Wijl gij 't mij vraagt, mijn lieve kind, Zal ik de redenen ontvouwen: Omdat het jonkvrouwen misstaat Veel rond te gaan onder de lieden; Dat immers wordt een bron van kwaad Voor wie 't niet tijdig weet te ontvlieden. Door het gebergte, wanneer ik dwaal, Denk ik aan goddelijke dingen; Als de hemelsche nachtegaal Moet ik het Magnificat zingen. Wie graag alleen is, bidt ook trouw, Hij maakt iets hemels van zijn dagen.’ Leer die kunst van de Lieve Vrouw! Mensch, God geve dat gij moogt slagen! (Procopius) Vorige Volgende