De onnozele Knegt.
Een Edelman liet zig in de tegenwoordigheid van een zyner Vrienden uitschilderen, eenige dagen daar na zond den Edelman zyn Knegt by gemelde Vriend, die den Knegt vraagde wat zyn Meester deed, hy laat zig schilderen antwoorde de Knegt, hoe zeide de Vriend laat hy zig nog al schilderen? laast zette den Schilder de laaste hand aan het aangezicht, zo moet hy nu aan de Kleederen zyn: Ik weet het niet antwoorde de Knegt, ik heb 'er de Schilder wel gezien maar geen Kleerenmaker.