De jongste Schepens wyze het Vonnis.
Een oude Procureur een schoone jonge Vrouw getrouwd hebbende, had meer zin in de Clerq als in hem, die een schoon Jongeling was, zynde op hem dodelyk verliefd, het welke hem niet lange onbewust bleef, alzo het zonderling doorstraalde, op een tyd als den Procureur uit zynde, hem eenige Posten te schryven had gegeven, vermits des Procureurs Huisvrouwe hem telkens kwam verhinderen, dan met hem door spreken te verbysteren, dan hem aan de arm te stoten, en hy ziende wat zy zogt, en by zyn zelve overtuigd zynde dat by hem te kunnen vinden, ja genegen het haar mede te delen, haalde een streep van houdze Kool op de Vloer, zeggende, zo gy over deeze streep koomd, ik sweere u dat ik u op dat bed zal werpen, daar ik u zo digt zal stoppen dat 'er niemand meer by u in zal kunnen komen, voor ik 'er uit ben; de jonge Vrouwen niet anders zoekende, antwoorden, dat wil ik wel eens zien, en stapte in middels over de streep, hy haar aan-