aan de regering dezer stad. In 1807 benoemde koning Lodewijk hem tot raadsheer van het departementaal geregtshof te 's Hage en plaatste hem later in de commissie voor het publiek onderwijs, en die tot vervaardiging der wetboeken van het koninkrijk Holland, en schonk hem de ridderorde der Unie. Na de herstelling van Nederlandsch volksbestaan liet ook Willem I aan zijne bekwaamheden en groote verdiensten regt weêr varen door hem tot lid en kamerpresident van het hoog geregtshof, ridder van den Nederlandschen Leeuw en curator der Leidsche Hoogeschool te benoemen. Sedert 1803 was hij directeur der Hollandsche maatschappij van wetenschappen te Haarlem en lid der Maats. van Nederl. Letterk. Hij overleed den 26 April 1829. Zijne rijke boekverzameling werd verkocht. Sachli, dien hij gelijk ook Lavater in Zwitserland had leeren kennen, droeg hem een wijsgeerig gedicht les causes finales el la direction du mal op.
Men heeft van hem:
Dissert. philosophico-critica de philosophico Ciceronis loco, qui est de divina natura. Amst. 1762.
Dissert. juridica de foedere madritano, quod Franciscus rex cum Carolo. Imp. captivus fecit. 1774.
Dissert. Jurid. inaugur. ad fragm. Scaevolae quod exstat in Leg. CII de solut. et liberat. Amst. 1785.
De bibliotheek van Nederl. Letterkunde is in bezit van
‘Vijftien meerendeels eigenhandige brieven, 13 van Salvius, één van Smalcius, en éên van J. de la Gardie, allen Zweedsche staatsdienaars, aan Hugo Grotius, Zweedsch ambassadeur aan het hof aan Frankrijk, de meeste uit Hamburg geschreven tusschen de jaren 1637 en 1642; benevens inhoudsopgave van meer andere brieven van Salvius aan de Groot, op drie na, onder de voorgaande niet begrepen; met toelichting van mr. B.P. van Wesele Scholten, 1827 en andere aanteekeningen. Alles in portef. fol.
Deze brieven zijn door toedoen van Mr. J.T. Bodel Nijenhuis gedrukt in de handd. van gemelde maatschappij voor 1862. bl. 91.
Zie Konst- en Letterb., 1830, D. I. bl. 195-200, Siegenbeek, Gesch. d.L.H. D. II, bl. 41, 42. Verslag der openb. verg. v. de Maats. v. Ned. Letterk 1829. Hulde aan de nagedachtenis van B. P. van Wesele Scholten, in Magazijn van wetenschappen, kunsten en letteren van N.G. van Kampen, D. IX. St. 3. bl. 427-446; Nieuwenhuis (Aanh); Kobus en de Rivecourt; Cat. d. Maats. van Ned. Letterk. D. III. bl.