eenige hoogleeraren der Leidsche Universiteit uit om aldaar onderwijs in de oostersche talen te komen geven. Hij gaf aan hun verlangen gehoor en ontving in 1680 van Curatoren verlof tot het geven van onderwijs in de hebreeuwsche en andere oostersche talen. Zijne jaarwedde was eerst zeer gering, doch werd van tijd tot tijd verhoogd. Ook ontving hij van hen een aanmerkelijke som tot bevordering zijner uitgave van zijn Opus Aramaeum: doch aan zijn dikwerf geuit verlangen, om tot den rang van hoogleeraar verheven te worden, maakten zij telkens zwarigheid te voldoen. Eindelijk benoemden zij hem in 1720 tot buitengewoon hoogleeraar in de oostersche talen, welke waardigheid hij den 27 Mei aanvaarde met eene oratie de linguarum orientalium scientia suo modo cuivis Christiano praecipue autem Theologo intelligenda (L.B. 1720. 4o.).
Negen jaren te voren (1711) hielp hij, op last van Curatoren, den hoogleeraar Johannes Heyman, de oostersche boeken en handschriften catalogiseren. Hij vertolkte een Syrischen brief van den bisschop Mar Thomas uit Malabar aan den patriarch van Antiochie geschreven, in het latijn, en gaf een door hem zelven geschreven Syrischen brief aan dien bisschop, gevolgd door een historisch verhaal (1714 4o.) in het licht. Sedert schreven Schaaf, of zijn zoon in zijn naam, verscheidene brieven in het Syrisch aan denzelfden bisschop, en ontving er achtien, onder welke van vier ellen lang; terug. Deze brieven bevatten veel belangrijks nopens den godsdienst der bewoners van Malabar en hunne bekeering tot het christendom door den apostel St. Thomas, het getal hunner kerken enz. en veel, dat de bisschop wilde, dat aan de O.I. Compagnie werd medegedeeld. Schaaf voldeed aan dit verlangen en bood zich aan al wat men den bisschop wenschte mede te deelen uit het Hollandsch in het Syrisch over te zetten. Mr. Nicolaas Witzen, burgemeester van Amsterdam en directeur der O.I. Compagnie, en na diens dood Mr. Jan Trip burgemeester te Amsterdam en curator der Leidsche hoogeschool, bevorderden deze briefwisseling, die in het archief der O.I. Compagnie bewaard werd.
Uit zijn eerste huwelijk in 1693, verkreeg hij 3 zonen, van welke de tweede, apotheker te Amsterdam, hem overleefde en eene dochter. Uit zijn tweede huwelijk werden 4 zonen en 2 dochters geboren. De oudste Jan Hendrik, volgt, de tweede Antonie Willem, in 1714 geboren, studeerde in 1729 nog te Leiden. Schaaf overleed den 4 November 1729 aan een beroerte. Men heeft van hem:
Opus Aramaeum, complectens grammaticam Chaldaico-Syriacam cum versione Latina. L.B. 1686. 8o.
Novum Testamentum Syriacum cum versione Latina Joh. Leusden et Car. Schaaf et C. Schaaf - Lexicon Syriacum Concordantiale ad N.T. Lugduni Batavorum. 1717. 4o.