[Jan of Joost van Ossenbeek of Ossenbeck]
OSSENBEEK of OSSENBECK (Jan of Joost van) werd in 1627 te Rotterdam geboren. Na zijne studien te Rome volbragt te hebben, begaf hij zich naar Weenen en vervaardigde er schilderijen voor de kunstgalerij aldaar. Ook bezocht hij andere Duitsche steden en vestigde zich eindelijk te Regensburg, waar hij in 1678 overleed. Hij schilderde in den trant van van Laar (gezegd Bamboche) grotten, transporten, rooverijen en dergelijke, doch zijne kunst is in Nederland schier onbekend. Meer bekend is zijn fraai etswerk. Nagler vermeldt 27 stuks naar zijne eigene teekening, 40 naar andere meesters, en 3 stuks niet door Bartsch beschreven. Op de kunstverkooping van Verstolk van Soelen te Amsterdam (1847) gold No. 228 Réprésentation d'une grande Fête équestre impériale, donnée à Vienne, une grande planche d'une finesse extrême, et dix aulres, plus petites, iuconnues à Bartsch et Rigal, extremement rare f 130.
Zie Weijerman, Houbraken, Immerzeel, t.a.p.; Kramm, t.a.p. Pelkington, Dict. of painters; Descamps, Le vre des peintres. Holl. T. II p. 143, Nouv. Biogr. gén.