[J.H. van Opdorp]
OPDORP (J.H. van), heel- en vroedmeester te Arnemuiden, lid van het prov. Noord-Brab. Genoots. van kunsten en wetenschappen; correspond. lid van het genoots. vis unita fortior te Hoorn.
Hij schreef:
Onderzoekingen over den Aziatischen braakloop, bij eenen persoon, die zich in den hoogsten staat van clairvoyance van het magnetisch sonambulismus bevind. Breda 1832.
Adressen aan zijne Majesteit den koning, aan de Edel mogende heeren Staten-Generaal en aan de Edel Groot Achtbaren gedeputeerde Staten van Zeeland, over eenige punten der geneeskundige wetgeving. Breda 1841.
Eenige waarnemingen van slepende maag-ontsteking in Tijdschrift ter bevordering der Physol.-, Genees- en Heelk. 1827 D. I en 8 bl. 110.
Phlegmonieks roos t.a.p. 1827 D. I st. 2 bl. 55.
Arthritis met geringe gastritis. T.a.p. 1827. D. I st. 31.
Merkwaardige ziekte van het hart, bij eene koe. T.a.p. 1830 D. II. st. 2 bl. 636.