lingen tegen het geloof plaats hadden op den regten weg terug te brengen. Hij genoot de voldoening dat door zijn ijver de zuiverheid der zeden en de opregtheid des geloofs hersteld werden. Verblijd dat de breuk der kerk voor het oogenblik genezen was, doch niet zonder zorg voor de toekomst, en na te Staveren een kapittel van reguliere Kanunniken gesticht te hebben, nam hij afscheid van de talrijke schaar, die zich bij zijn vertrek om hem verzameld had en keerde hij naar Utrecht terug, waar hij omtrent het jaar 837 in hoogen ouderdom overleed. Zijn jaarlijksch feest wordt den 12 Junij in het vicariaat van 's Bosch gehouden. Hij is ook de beschermheilige der kerk van Borch-Loon in het land van Luik. In Noord-Holland is hij de patroon der kerken van Wijk op Zee en van Assendelft, terwijl in Friesland, waarvan hem de kerk van Bakhuizen is toegewijd, voorheen nahij Staveren een klooster heeft gestaan, dat naar hem St. Odolfs klooster werd genoemd, Hij werd in de kapel van
St. Victor naast de St. Salvator's kerk te Utrecht begraven. Aldaar werd zijn hoofdpan in een zilveren hoofd bewaard. Lap van Waveren maakt melding van zijn houten sap. Men zegt dat hij geschreven heeft, Antidotum sive Amuletum adversus striges, incubos et similes daemonum praestigias.
Zie Bat Sacra T. I p. 140 seqq. Acta sanct. op 12 Junij. Vita S Odulphi bij Surius. Hamconii Frisia p. 66. A. Miraeus, Annal. Belg. ad annum 830. Val. Andreas, Bibl. Belg. p. 704. Siveertius, Ath. Belg. p. 58. Joh. a Leijdis, de rebus gestis D.D. de Brederode in A. Matthaei, Anal. T. I p. 661. Buchelius, ad Hedam. in Fred. Episc. Chr. auctius Joh. de Beka bij Matthaeus, Anal. T. III p. 36, 475. Van Gils, Kath. Meijer. Memorieb. bl. 244. Van Gils en Coppens, N. Beschrijv. v.h. Bisd. van 's Bosch D. IV, bl. 78. Moll, Kerkgesch. D. I bl. 377, 378; v.d. Chijs. De Munten van Friesl. Gron. en Drenthe bi. 168, de Munten der Heeren en steden van Overijssel bl. 30. 141, de Munten van Holl. en Zeel. bl. 168. Zaanl. Jaarb. 1843 bl. 90. (de vierdag van St. Odulphus) 1845 bl. 101 (St. Odalphus en de Zéeman.) Arend. Vad. Gesch. St. I. bl. 389. Jöcher, Kobus en de Rivecourt. Muller, Cat. van Portr.