Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 12. Eerste stuk

(1869)–A.J. van der Aa– rechtenstatus

MESSEMAECKERS (Hendrik). G.J. Gregoir vermeldt dezen musicus gelijk ook de MerlensGa naar voetnoot1). Hij werd 5 Nov. 1778 te Venlo geboren.

Men heeft van hem:

Quatuors, Concertos de piano, Sonaten, Fantaisien en Airs variés in het licht.

Ook vervaardigde hij de muziek der opera's La Toison d'or en Les deux pièces nouvelles.

Zie G.J. Gregoir, Les artistes musiciens Neerlandais, p. 12.

voetnoot1): Jean Romain Merlen, beroemd violonst, 5 Junij 1690 te Parijs geboren, die zich reeds vroeg te 's Hage vestigde, waar hij Graf en Maltelbe tot leermeesters had. In 1795 werd hij eerste viool aan het Nederl. tooneel te Amsterdam, welke plaats hij 44 jaren bekleedde, totdat hij in 1839 overleed. In 1835 schonken de leden van het orchest hem een fraaije tabaksdoos met het volgend opschrift:

‘Verdienstelijke Merlen! gij die sinds veertig jaren,

Aan Amstels schouwtooneel uw gaven blijken deed,

En nog het kiesch gehoor kunt boeijen aan uw snaren,

Waarbij de kunstgenoot uw jaren steeds vergeet.’

Zijn zoon Charles Merlen, 31 Maart 1785 te 's Hage geboren, werd in de beginselen der muziek door zijn vader onderwezen en als violonist aan het tooneel te Amsterdam verbonden. Hij huwde de dochter van den violoncellist Henke, die hem twee kinderen schonk, Pierre en Jean Merlen. Pierre Charles de oudste zoon werd 17 April 1810 te Amsterdam geboren, ontving het onderwijs van zijn vader en van Jean Romain. Hij werd als violonist aan het Ned. tooneel, ‘Felix Merites enz.’ verbonden. Zijn zoon Jean Godefroid, een zeer verdienstelijk violoncellist, overleed te Amsterdam 30 April 1857.