[Vincent Elie Menil]
MENIL (Vincent Elie), in 1790 te Amsterdam geboren, studeerde aldaar in de godgeleerdheid en legde het vooral onder den hoogleeraar Willmet op de Oostersche talen toe. Van zijne vorderingen gaf hij in 1816 te Leyden in 4o. eene proeve in de uitgave van het prijsgedicht van den ouden Arabischen zanger Antara Ben Scheddad (Antarae Poëma Arab. Moallakah cum integris Zouzenii scholiis. E. Codice M.S. edidit, in Latinam sermonem transtulit et lectionis varietatem addidit. V.E. Menil. Observationes ad totum poëma subjunxit J. Willmet). Deze geleerde arbeid, met grooten lof zoo in Duitschland als Nederland ontvangen, was reeds twee jaren vroeger door hem voorbereid en beloofd in zijne Dissertatio de Antara ejusque poëmate Arabico Moalla Kah. Amst. 1814. 4o. Ook corrigeerde hij met ongelooflijke moeite en inspanning, en opoffering van tijd en gezicht de proeven van den bijbel in het Maleisch met Arabische letters, op last van het Nederlandsche bijbelgenootschap uitgegeven. Van 1818 tot 1825 was hij predikant bij de Waalsche gemeente te Schiedam, en hij overleed in zijn geboortestad den 6 April van dat jaar aan een uitteerende ziekte in den ouderdom van 34 jaren.
Zie Aanhangsel op Nieuwenhuis Woordenb. o.h.w.; Kobus en de Rivecourt, Boekz. d. Gel. Wer. 1825 a. bl. 239; Glasius, Godgel. Nederl. o.h.w.; Algem. Hall. Litt. Zeit. Jan. 1817. No. 25, 26.