schepen werd, welke betrekking hij meermalen bekleedde. In 1620, 21, 22, 54, 55, 56 nam hij het ambt van tresorier en in 1623, 25, 30, 40, 43 en 51 dat van burgemeester waar, Toen hij in 1659 voor de 15 maal tot schepen was benoemd, ontdeed hij zich van dit ambt dat op zijn zoon Gilles Frederik overging, en onttrok zich geheel aan de zaken. Den 5 Mei van dit jaar verhief Philips IV zijne heerlijkheid Perck of du Parck bij Vilvoorde tot eene Baronie. Hier en te Brussel bragt hij de 26 overige jaren van zijn leven met het beoefenen der letteren door.
Hij huwde Margaretha de Baronaige, eenige dochter van Jan de Baronaige, heer van Perck, St. Hubert, Elewyt, Harzeaux, Oycken, Loxem etc. en van Catharina le Clercque, dochter van Willem le Clercque, schout en luitenant van het hof van leene te Mechelen.
Zijn oudste zoon, Karel Philip, stierf op reis naar Weenen, in het gevolg van Francisco de Moura, Y Conte Real, markies van Castel Rodrigo, vervolgens gouverneur der Nederlanden. Een ander zijner zonen was de genoemde Gilles Frederik, heer van Perck, Elewyt, Harzeaux, Hoyke, Borre, Loxem en het Vrije van Opdorp, raadsheer van den raad van Brabant, die omtrent 1655 huwde met Maria Petronella van Caldenborch, ridder, heer van Herve, Crevecoeur, Charneux, Thimister, Beucq, Salomé, etc.
Marselaer was een letterkundige en verstond het latijn, ook was hij ervaren in de regtsgeleerdheid en staatkunde. Hij was edelmoedig, weldadig, vooral omtrent letterkundigen. Ook had hij den naam van een godsdienstig man te zijn, doch trotsch. Hij stierf den 7 November 1670, in den ouderdom van 87 jaren en ligt in de parochiale kerk van Perck begraven, waar men nog zijn gratschrift leest.
Hij schreef:
Κηρύϰειον sive Legationum insigne in duos libros distributum. Antv. 1618. 8o. Ook met den titel: Legatus; libri duo ad Philippum IV. Hispaniarum Regem. Antv. 1626. 4o. Deze uitgaaf is zeer vermeerderd Amst. 1644. 8o. Vinariae (Weimar) 1663. 16o. It. Editio secunda, ab ipso auctore aucta et recensita. Ant. 1660. fol. prachtige uitgaaf, aan Philippus IV toegewijd.
Legatio mentis ad Deum; operis de legato Parergon; Per D. Fredericum de Marselaer, equitem auratum, et lauretanum, Baronem de Perck et Elewyt, Toparcham de Opdorp, Harseaux, Oycke, etc Majestati suae a Consitiis Belli, septimum Bruxellae Consulem. Brux 1664. 16o.
Epistola ad Josephum Geldorpium à Ryckel, in het leven van Ste Begge, in 1631 in 4o. door dezen abt in het licht gegeven.
Hij is meermalen afgebeeld. Zijn beste portret is dat door Corn. Galle gegraveerd naar de schilderij van Ant. van