De gewaande krijgsman of nieuwmodische minnaar, kluchtsp. 's Grav. 1717.
Het Huwelijk door weddingschap, kluchtsp., Amst 1718.
De treurende Theems hersteld, door de krooning van George den I koning van Groot-Britt. enz., treursp., ald. 1714.
De gelukte list op drie Koningen avond, kluchtsp., ald. 1715.
Schilderij van de Haagsche kermis, nevens de rarekiek van de Amsterdamsche kermis, 's Grav. 1715. Ook in Ledige uuren opgenomen.
Voorspel op Agamemnon, koning van Mycene, 1718.
Don Quichots verlossinge uit Sierra Morene, blijsp., Rott. 1721, kl. 8o.
J. van Rijndorp en J.v.H., De Hellevaart van dokter Joan Faustus, treursp., 's Grav. 1731, en anderen in de werken van Nulla Quies en Ars superat Fortunam.
Kloris en Roosje, mogelijk slechts door hem omgewerkt, want er is een stukje van dien naam gedrukt te Amsterd. bij de erfgen. Lescaille in 1688.
Krispijn, Soldaat, Koopman en advocaat.
Drie gelegenheidsgedichten, in fol.
Lof der Tabak, 's Grav. 1733.
Aan de leden van het nieuw opgerigt kunstgezelschap in 's Gravenhage, voerende tot zinspreuk: Ars Superat Fortunam, 1733, m. pl., kl. 8o.
Zes Lierzangen van H. Horatius Flakkus. Ook achter de Treurende Theems.
Dichtschets van den huyse des heeren Fagels, ter gelegentheid van den vrijwilligen afstand, der eerste griffierplaats van H.H.M. Staaten Generaal na een loffelijke dienst van LVIII jaaren, nedergelegt, 's Grav. 1744.
De Bibl. der Maats. van Ned. Letterk. bezit van hem in hs. Fabelen van Esopus in dichtmaat.
Zie Witsen Geysbeek, Biogr. Anth Crit. Woordenb., D. IV. bl. 425; van den Bergh, 's Gravonh. Bijzonderh., D. I. bl. 27; Naemrol der Tooneelspelen van J. van der Marck, Nr. 1109; Cat. der Maats van Ned. Letterk., D. II. bl. 70, D. III. bl. 2; Abeoude, Naaml. van Boek., Aanh. bl. 103, 2e Aanh., bl. 78.