week hij naar Frankrijk, en werd na de omwenteling van 1795, lid van het provisioneel bestuur van Holland, lid der Nationale Conventie en syndicus der Bataafsche republiek. Hij behoorde tot de staatsleden die in 1798 op het Huis ten Bosch gevangen werden gezet.
Zijn portret komt voor in de Geschiedenis der Vereenigde Nederlanden, voor de vaderlandsche jeugd, D. XX. Dit schijnt gemaakt te zijn naar een ander dat zeldzaam voorkomt, reeds in 1787 door P.F. gegraveerd. Hij huwde den 14 Junij 1776 Regina Catharina Balde, (geb. 1759, overl. 1834) dochter van mr. IJsbrandt Nieft Balde, heer van Kroonenburgh en de Nieuwe Sluis, en van Nicola Geertruid Smissaert, uit welk huwelijk onderscheiden kinderen geboren, doch allen jong gestorven zijn.
Zie Nieuwe Nederl. Jaarb., op October van dat jaar, bl. 5420.