[Pieter Holsteyn]
HOLSTEYN (Pieter) de Jonge, zoon van den vorige, een uitstekend graveur, te Haarlem geboren. Kramm vermeldt van hem: het Portret van Pieter Florisz., viceadmiraal van Holland, naar Abraham Liest; dat van Erasmus, staande in zijn studeervertrek; van Johan Picardt, naar H. Nijhoff, voorkomende in diens werk Antiquiteyten van Drenthe, Amst. 1660 4o., stout en krachtig gesneden; van Maurits, graaf van Benthem; van Johan Huydecoper van Maarseveen; van Johannes Wierus en van Jean de la Chambre, Fransoysche schoolmeester tot Haerlem, Anno 1660, naar J. de Bray, alle onder de fraaije met een geestig en schilderachtig burin bewerkte prenten te rangschikken. Onder de Portretten der Plenipotentiarissen op het congres van Munster, 42 portretten, bij Rombout van Hoee uitgegeven, zijn er vijf door Holsteyn, middelmatig gesneden.
Op Cat. van Hulthem, no. 24468, komt het meerendeel daarvan ook voor, onder den titel van:
Vingt six portraits d'Ambassadeurs et d'envoyés qui participèrent à la paix de Munster, gravés par P. Holsteyn, A. van Waesberge, J. Suyderhoef, fol.
Een zijner fraaiste en zeldzaamste portretten is dat met het onderschrift Excellens et Generosa Domina, Domina Anna de Ruytenburgh, Dom. de Haemstede, Hogersmilde etc. Er gaat eene zeer groote geëtste plaat van hem uit, voorstellende de afbeelding van den beroemden predikstoel in de nieuwe kerk te Amsterdam, door Albert Vinkenbrink gemaakt naar de originele teekening van Jan van der Heijden, Muller geeft nog op: de portretten van Balthasar van Byma, Balduinis Catz en J. Cools. Ook sneed hij Constantijn Sohier.
Zie Immerzeel, Lev. en werk. der Holl. en Vlaams. Kunsts., D. II bl. 45; Kramm, Lev. en werk der Holl. en Vlaams. Kunsts., D. III. bl. 715 716; Wagenaar, Beschrijv. van Amsterd., D. II. bl. 112 (fol.); Muller, Catal. bl. 366 en Nr. 6503.