[Franciscus Philippus Heyligers]
HEYLIGERS (Franciscus Philippus), werd te Breda geboren, bezocht in 1793 de hoogeschool te Harderwijk en later andere, ook buitenlandsche hoogescholen; werd in 1803, na het verdedigen eener Dissertatio de fabrica articulationum interna tot doctor in de geneeskunde bevorderd. Na te vergeefs tot het hoogleeraarsambt te Franeker en Harderwijk te zijn uitgenoodigd, werd hij te Utrecht chirurgiae et artis obstetricae lector, vervolgens in 1820 professor medicinae extraordinarius, welk ambt hij met eene Oratio de vero chirurgo aanvaarde. Hij stierf, na herhaalde aanvallen van beroerte, die hem reeds twee jaren buiten staat gesteld hadden zijn ambt waar te nemen, den 28 Februarij 1830, in den ouderdom van 55 jaren.
Zie Konst- en Letterb. 1830, D. I. Heringa, de Auditorio, p. 160, seqq.; Bouman, Or. rect. in Ann. Acad. Rh. traj. a. 1829-1830, p. 36, 165; Dez., Geschied. der Geld. Hooges., D. II. bl. 568; Utr. Stud. Alm. voor 1831, bl. 103-108; Hermans, Not. rei. liter., p. 28.