Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Eerste stuk
(1867)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 605]
| |
geboren, diende als 1ste luitenant ingenieur te Sluis, toen deze vesting, na eene dappere verdediging in Augustus 1794 aan den Franschen generaal Moreau werd overgegeven. Hij doorliep verder alle rangen bij het corps der genie; werd in Augustus 1825 bevorderd tot generaalmajoor, en was directeur in de 3e directie van fortificatiën, toen hij den 10 Mei 1826 te Utrecht overleed. Hij was vereerd met het ridderkruis der militaire Willemsorde 3e klasse. Bij zijne vrouw, Françoise Adrienne de Cliver, liet hij twee zonen na, Johannes Jacobus en Daen Cornelis, die beide als kapitein bij het corps ingenieurs en mineurs en sappeurs zijn gepensioneerd geworden. Zie Bosscha, Nederl. Heldend. te Land, D. III. bl. 111. en particuliere berigten. |
|