[Karel Eduard baron van Heerdt]
HEERDT (Karel Eduard baron van), zoon van Thimon Cornelis, graaf van Heerdt tot Eversberg, opperhofmaarschalk van koning Willem I, en van Ester Rendaf. Geboren te Kingston, in het graafschap Surrey, den 21sten Februarij 1797, trad hij in de krijgsdienst in het jaar 1814 als jager bij het korps van prins Frederik, waarbij hij spoedig daarop tot 2e luitenant bevorderd werd. Hij was tegenwoordig bij de blokkade van Bergen op Zoom in dat zelfde jaar en in het volgende bij het leger te velde, bij het 6e bataillon jagers. In 1815 werd hij als secretaris toegevoegd bij de buitengewone ambassade naar Rusland, en in 1820 ging hij als 1e luitenant over bij het regiment hussaren. Hij doorliep vervolgens bij de kavallerie alle rangen en werd in 1848 aan het hoofd geplaatst van het 2e regiment lanciers, later het 4e regiment dragonders, en in 1854 bevorderd tot generaal-majoor en bevelhebber der 1e brigade kavallerie.
In die betrekking overleed hij te 's Gravenhage den 27sten Augustus 1855. Hij was versierd met de beide Nederlandsche orders en was kommandeur met de ster van de Eikenkroon; terwijl hij kort vóór zijnen dood nog ontving het ridderkruis der 2e klasse met de ster van de roode Adelaar van Pruissen.
Uit particuliere berigten bijeengebragt.