Petrus Hamer was een Coccejaansch godgeleerde, die zich door een aantal werken als zoodanig bekend maakte. Hij was een heftig medestrijder in de godgeleerde twisten van zijnen tijd, en trok voornamelijk tegen de schriften van Bekker, Leenhof en Deurhoff te velde. Van hem ging in druk uit:
Ontwerp om de onteerde oudheit van Godskerk in luister te doen herstellen, Dord. 1674. 4o.
Smaadt en laster, die Gods naam wordt aangedaan door de onteerde oudheit, onder den naam van beide, van Zacharias de Oude, Dordr. 1674. 4o.
Nieuwejaars-wensch over Lucas II:21, Dordr. 1674. 4o.
Onderrechting voor den kerkenraadt over Act. XX:28, Rott. 1675 4o.
Verval van kerk en politie als in de dagen Noë, Rott. 1675. 4o.
Over Deut. XXXII, tot wederlegging van Ridderus zijn Schriftuurlijk Eicht aangaande de verklaring der Prophetische schriften, Leid. 1676 4o.; herdrukt met vermeerderingen van de prophetische waarheit in witte klederen ald. 1676. 4o.
Over 't boek der Psalmen, Rott. en Amst. 1680-1690. 4o. 3 deelen.
Patrofilus Eliëser, Dordr. 1689. 12o.
Twee Missiven met een Na-courier aan Ds. Bekker over zijn Betoverde wereldt, Daniel en de Kometen, 's Hage. 1692. 4o.
Voorloper tot de volstrekte wederlegging van 't gene de heeren Orchard, Daillon en Bekker hebben aan 't licht gebracht aangaande de werken en macht der geesten, en met name de duivelen. 's Hage 1692. 4o.
Swadder, die E.W. de Coccejanen en Cartesianen hadt aangewreven in zijn aardige duivelsrije, afgevaagt, onder den naam van Iratiël Leetsozonius, 1692 4o.
Volstrekte wederlegging van Orchard, Daillon en Bekker enz. Dordr. 1693. 4o.
Bazuine Gods aan den mondt genomen over de doodt van William den III, Rott. 1702. 4o.
Consideratie voor en tegen den brief van den Paus aan den hertog van Wolfenbuttel, wegens zijn overgang tot Romens gemeenschap, strekkende tot een waarschuwing om elk Romens strikken te doen mijden. 1710. 4o.
Technologemata Sacra, of heilige kunstredenen, in eenige staalties vertoont, 's Hage, 1699. 8o.
Nederlands wonderjaar van 1702, met een paraphrasis over Jesaïa LVII-LIX, Rott. 1703. 8o.
Missive over Leenhof's Hemel op aarde, Dordr. 1704. 4o
Willem Deurhof's verkeerde gronden ontdekt en ver-