geloofelijke vaardigheid en groote naauwkeurigheid, en door een veerkrachtige en zeer duidelijken aanslag, dien hij paarde aan eene voorbeeldelooze houding der handen.
Als componist heeft Fodor een aantal werken voor de piano geschreven, welke vroeger zeer gezocht waren. Deze bezitten het voorregt van, bij al hunne moeijelijkheden, voor de handen berekend en overeenkomstig den aard van het instrument geschreven te zijn. Dezelven bestaan in Sonaten, Variatien, Quartetten, Concerten Concertino's, alsmede Simphoniën en Ouvertures voor groot orchest, die meest allen door den druk bekend zijn gemaakt.
Op gevorderde jaren ondernam Fodor eenen gewigtigen arbeid, namelijk zijne Opera Numa Pompilius, waarvan hij den tekst en de muziek vervaardigd heeft. Deze was het eerste oorspronkelijke Nederlandsche zangspel, hetwelk in ons vaderland is ten tooneele gevoerd, Zijne verdiensten bleven niet onbeloond. Het Koninklijk Nederlandsch Instituut koos hem in 1808 tot lid, terwijl andere maatschappijen hem mede met het lidmaatschap vereerden.
In de laatste jaren zijns levens had Fodor zich aan zijne veelvuldige bezigheden onttrokken, leefde stil, geëerd en bemind, niet alleen om zijn uitstekend muzikaal talent, maar ook om zijn braaf en minzaam karakter. Hij overleed te Amsterdam den 22den Februarij 1846, nalatende eene weduwe en een zoon. Op den 27sten Februarij daaraan volgende vierde men op een der concerten in de Maatschappij Felix Meritis zijne nagedachtenis.
Zie Caecilia, Muziek. Tijdschrift, 1846. bl. 95, hier door ons gevolgd.