[Hermanus van Dockem]
DOCKEM (Hermanus van), uit aanzienlijke ouders te Dokkum geboren, legde zich met roem op de wetenschappen toe en werd eerst tot Priester te Leeuwarden, daarna tot Opperpastoor te St. Vitus-kerk aldaar aangesteld. Hij leefde omstreeks het begin der zestiende eeuw, was beroemd wegens zijne welsprekendheid en schreef:
Commentaria in XVII priores Psalmos Davidicos, die wij niet weten of in druk zijn uitgekomen. Toen de schrijver tot den 18den Psalm gekomen was, begonnen zijne verstandelijke vermogens hem te begeven, waarop hij kort daarna overleed.
Zie Suffr. Petrus, de Scriptorib. Fris. p. 118.