overleed. Hij huwde den 28sten Februarij 1633 met Aletta de Witt, dochter van Frans de Witt en Margaretha Rutgers, die hem eene dochter schonk, die gehuwd is geweest met Caspar Peucerus.
Als ijverig beoefenaar der kerkelijke geschiedenis, deed hij zich kennen door zijn.
Leven en de dood van den seer beroemden Philips Melanchton, behelsende met eenen de gedenkweerdighste Saken soo in de kercke als politije voorgevallen van het jaer 1520 tot den jare 1560, mitsgaders de tienjarige en seer wreede gevangenisse van D. Caspar Peucerus. Amst. 1662. 8o., 2de druk, 1728, 8o., met nieuwen titel uitgegeven Amst. 1764. Het verhaal der gevangenschap kwam ook afzonderlijk uit te Amst. 1697. 8o.
Goddelicke Vierschare, dat is ontdeckinge der Hemelsche oordeelen, voorgesteld in seer heerlicke oude gedenck-weerdige Exempelen, 4 deelen. Utrecht 1659, 8o., Amst. 1669 en 1681. m. pl.
Hij liet in handschrift na eene historie der Turken en over het Turksche hof, en eene verhandeling of Petrus ooit te Rome geweest is.
Zie Balen, Beschrijv. van Dordr., bl. 1025; Schotel, Kerk. Dord., D. I. bl. 524; Glasius, Godgel. Nederl., D. I. bl. 307; Arrenberg, Naamreg. van Nederd. Boek.; Schotel, de Illustre School te Dordr., bl. 45, 52.