[Jean Baptiste le Carpentier]
CARPENTIER (Jean Baptiste le), een Augustijner Geestelijke, geboren in 1606 te Abscons bij Atrecht, vlood in 1655 naar Holland, veranderde aldaar van kerkgenootschap en trad te Leiden in het huwelijk; naderhand stond hij op het punt op nieuw tot de oude Kerkleer over te gaan: doch de teederheid voor zijnc kinderen, die hij zou hebben moeten achterlaten, hield hem daarvan terug. Hij overleed te Leiden omstreeks 1670. Als geschiedschrijver heeft hij zich doen kennen door een werk getiteld:
Histoire Généalogique des Pays-Bas; ou Histoire de Cambrai et du Cambresis, contenant ce qui s'y est passé sous les Empereurs, et les Rois de France et d'Espagne; enrichie des Généalogiques, Eloges et Armes des Comtes, Ducs, Evesques, et Archevesques, et presque de quatre mille Familles Nobles, tant des XVI. Provinces que de France, qui ont possedé des terres, des benefices, et des charges, y ont été alliés par mariage, ou y ont laisés des marques de leurs pieté dans les Eglises et Hopitaux. Le tout divisé en IV Parties. Justifié par Chartes, Epitaphes, et Chroniques, et embelli de plusieurs riches Memoires de l'Antiquité qui servent grandement aux Nobles, et aux curieux. Par Jean le Carpentier, Historiographe. Leid. 1664, II. vol. avec fig. 4o.; in welk zeer zeldzaam werk, le Carpentier bewijzen oplevert van zijne groote ervarenheid in het vak der Geschiedenissen en Geslachtregisters.
Zie Saxe, Onom. Liter, Pars V. pag. 106; te Water, Hist. van het verb. der Edelen, St. IV. bl. 400; de Chalmot, Biogr. Woordenb.; van Kampen, Geschied. der Nederl. Letteren on Wetens. D. I. bl. 226.; Alph. le Glay, Notice sur J. B. le Carpentier historiographe du Cambrésis etc. Valenciennes 1832 8o.