Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 3
(1858)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 79]
| |
Grieksche en Latijnsche dichters hem aangebragt hebben,Ga naar voetnoot(1) met goud bekroond. Zij werd opgenomen in de Annales Academiae Lugd. Batav. 1817-1818. Daarna werd hij Conrector der Latijnsche scholen te Zutphen en zond achtervolgens in het licht. Bloemenknopjes van onbekenden inhoud, of eerste dichtkundige proeven van C. Zutph. 1818 8o. De Fenicische vrouwen treurspel naar Euripides Zutph. 1823 8o. Euripidis Electra, addita annotatione edidit P. Camper L.B. 1831 8o. 1833 Ode, Zutph. 1833 8o. Antigone, treurspel, na het Grieksch van Sophokles, in Hollandsch dicht, - gevolgd door P. Camper. Leyd. 1834 8o. Feestrede ter viering van het 50jarig bestaan der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen Zutph. 1835 8o. Camper werd in 1823 tot Lid van het Provinciaal Utrechtsche Genootschap gekozen, welke eer hem in 1829 van wege de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden ten deel viel. Later zijn ontslag als Conrector genomen hebbende, werd hij Roomsch Catholijk, en overleed als Monuik.
Zie de Jong, Alphab. Naaml. van boeken, bl. 68; Supplem. op die Naaml. bl. 39; Algem. Konst- en Letterbode 1818, D. II. bl. 98, 1823, D. II. bl. 169, 1829, D. I. 424; Catal. van de Bibl. der Maats. van Nederl. Letterk., Dl. I. b. bl. 191, bl. 214, uit medegedeelde berigten aangevuld. |
|