[Sicke of Sixtus Cammingha]
CAMMINGHA (Sicke of Sixtus) oefende zich eenige tijd in Italië in de letterkunde en andere wetenschappen en reisde in 1099 naar Palestina, waar hij in onderscheidene ontmoetingen gelegenheid had zijne dapperheid te doen blijken, waardoor hij bij Koning Boudewijn en de voornaamste hoofden van het nieuw gestichte rijk in bijzondere hoogachting kwam. Eindelijk, zijn verlangen naar het Vaderland, meer en meer aanwakkerende verzocht hij en verkreeg, hoewel ongaarne, verlof om te vertrekken en kwam den 15den December 1106 in Friesland weder.
In 1119 keerde hij nogmaals naar het Heilige land terug; bekwam aldaar dienst bij het leger van Koning Boudewijn II en vond eerlang weder gelegenheid om zijne dapperheid tegen de ongeloovigen te toonen in een gevecht, dat in 1120 in Klein Azië voorviel. Hij werd, echter, even als de Koning, door de Parthen gevangen genomen, doch daarna weder gerantsoeneerd.
Zie Schotanus, Friesche Hist. bl. 100; Sjoerds, Friesche Jaarb. D. II, bl. 281, 282, 321, 322.