[Johan van Bylandt]
BYLANDT (Johan van), zoon van Diederick van Bylandt Ridder, behoorde tot een oud en aanzienlijk geslacht uit het land van Kleef, dat ook in Gelderland onder de voornaamste Edelen gerekend werd, en aldaar de heerlijkheid Spaldorp bezat, waaraan het Erf-Maarschalksambt van Gelre verbonden was.
Reeds in het begin der dertiende eeuw wordt van dat geslacht melding gemaakt onder den naam van Doys van Bylant; deze laatste naam was ontleend van het huis of slot te Bilant aan den Rhijn, dat echter, reeds vóór 1350, met de heerlijkheden Pannerden en Millingen, aan het huis van den Bergh kwam, door het huwelijk van Sophia van den Bylandt met Willem Heer van den Bergh.
Johan van Bylandt hield, na het overlijden van Eduard, Hertog van Gelre, met de partij der Heeckeren, de zijde van Vrouwe Mechteld en van haren man Jan van Blois, en onderteekende in 1377 de Landvrede tusschen dezen en eenige Edelen en steden. Later, toen Mechteld afstand had gedaan van hare regten, komt hij voor als Raad van Hertog Willem en in