Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 2. Derde en vierde stuk

[Melchior Burs]

BURS (Melchior), een broeder van den voorgaande, geboren te Middelburg was Predikant te West-Souburg.

Hij heeft op last der Classis van Walcheren geschreven een zeer nuttig boekje tot Kerk- en Schoolonderwijs, waarvan in 1623 reeds een tweede druk het licht zag, met teksten tot bevestiging vergroot en welks derde druk, nog met eenige teksten vermeerderd, en naar de nieuwe Overzetting geschikt met eenige korte en duidelijke aanteekeningen tot nader verklaring het licht zag, onder den titel:

Kort Begrip der Christelycker Religie, gestelt in Vragen en Antwoordeu, tot onderwysinge der gener, die haer eerst willen begeven tot het gebruyck van des Heeren H. Avondmael, meerendeels getrocken uyt den Nederlandschen Christelycke Catechismo. Nu meermaels naerstig oversien, merckelyck vermeerdert ende verbetert, alles naer de Nieuwe Oversettinge des Bybels, niet alleen dienstig den kinderen, maer ook

den Meerderjarigen tot grooter ligt van de gronden der Christelycke Religie met privilegie. Middelb. 1640. 8^o, na welke uitgave dit boekske nog meermalen, met octrooi van de Staten van Zeeland, herdrukt is; terwijl de Ambonsche Predikant François Valentijn het mede in het Maleisch heeft overgezet.

De zinspreuk van Burs was: Non est mortale quod opto (Wat ik verlang, is onsterfelijk).

Zie de la Rue, Gelett. Zeel., bl. 47 en 48; de Chalmot, Biogr. Woordenb.; Biogr. Univers.; Algem. Konst- en Letterbode 1849, D. I. bl. 19; Glasius, Godgel. Nederl..