Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 2. Derde en vierde stuk
(1855)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij[Wybo Bernhardus Buma]BUMA (Wybo Bernhardus), de jongste broeder van den voorgaande, geboren te Leeuwarden den 7den Maart 1807, studeerde aan de Hoogeschool te Groningen in de Regtsgeleerdheid en verliet die Hoogeschool in 1830 na het verdedigen van eene verhandeling Over den aard van het bezit, ter verkrijging van eene landelijke dienstbaarheid door verjaring, na langdurig tijdsverloop, vereischt bij den eigenaar van den heerschenden grond, volgens het Romeinsche regtGa naar voetnoot(1); vestigde zich toen als Advokaat te Leeuwarden; werd in dat jaar waarnemend Griffier van het Vredegeregt te Dronrijp, en in 1831 Griffier van de beide Vredegeregten te Leeuwarden, doch volgde in 1834 zijnen vader als Grietman van Baarderadeel op. Van 1840 tot 1844 was hij Lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en werd den 6den December van het laatstgenoemde jaar, door Koning Willem II benoemd tot Ridder der Orde van den Nederlandschen Leeuw. Hij overleed den 8sten April 1848 op Bornia-state te Weidum, bij zijne echtgenoote Joanna Elisabeth Baronesse van Haersolte, nalatende twee zoons en drie dochters.
Zie Baerdt van Sminia, Naaml. van Grietm. van 1816 tot 1851, bl. 24 en 25; Stamboek van den Friesohen Adel, D. II. bl. 292 noot 34. |
|