[Paulus Buis]
BUIS (Paulus) of Buys, meestal Busius genoemd, een zoon van Johan Buis, geboren te Zwolle, oefende zich van zijne vroege jeugd af, in de Fraaije Letteren, waarin hij ongemeen wel slaagde; tot de Hoogeschool bevorderd legde hij zich op de Regten toe, en werd weldra Licentiaat in die wetenschap, waarna hij eenige tijd de praktijk in zijne geboortestad waarnam. Den 7den September 1610 tot Hoogleeraar in de Regten te Franeker beroepen, nam hij met allen vlijt en ijver dien post waar, tot dat hij den 23sten September 1617 plotseling overleed.
Van hem zien de volgende werken het licht:
Tractatus de Annuis reditibus. Colon. 1601. 8o.
De Officio Judicis. Amst. 1604. 4o, L.B. 1610. 8o.
Commentaria in universas Pandectas, cum differentiis Juris Canonici et Consuetudinum. Pars I. Zwollae 1610. Pars II Franeq. 1615. 4o, Davent. 1647 et 1656. Pars II. 4o.
Subtilium Juris, sive Dissertationum Academicarum de Jure Theorico subtiliore Libri VII. Colon. 1604, tweede vermeerderde en verbeterde druk Franeq. 1612. 8o. Heidelb. 1665. 4o.
De Republica libri III. Franeq. 1613. 4o.
Illustres quaestiones controversae ad libros IV Institutionum, Disputationibus XIIX in Academia Franequerae propositae. Franeq. 1615. 4o.
Zie van Hoogstraten en Brouëris van Nidek, Groot Algem. Hist. Woordenb., B. bl. 446; v(an) H(eussen) en v(an) R(hijn), Kerkel. Outh. D. VI. bl. 633; Vriemoet, Athen. Frisciae, pag. 141-144; de Chalmot, Biogr. Woordenb., D. V. bl. 204 en 205; Biogr. Nation., Tom. I. pag. 169; Biogr. Univers., Tom. III. pag. 287 et 288.