De Grondsteenen van een vaste Regeringe geleght en uytgestelt tot beright en nuttigheid van alle goede Patriotten en Vaderlanders. Midd. 1621. 8o, tweede druk Gorinch. 1661. 12o.
Hemelsfeest ofte Godvruchtige Roeringen; inghevallen bij gelegentheyt van de betrachtinghe van Christi heylighe Maeltydt. Midd. 1621. 4o.
Emblemata of Zinne-werck: voorghestelt in Beelden, ghedichten en breeder uytlegginghen, tot uytdruckinghe en verbeteringhe van verscheydene feylen onser eeuwe. Amst. 1624. 4o, welke druk, die zeldzaam voorkomt, voor de beste en fraaiste gehouden wordt, ofschoon men die bij J. Jac. Schippers ten jare 1661, mede in 4o uitgegeven, eene vermeerdering heeft bijgevoegd van 351 berijmde zedespreuken.
Nieuwe Wijn in oude le'erzacken bewijzende in spreeckwoorden het vernuft der menschen ende 't gheluck van onze Nederlansche Taele. Midd. 1636. 12o.
Zielsgerechten, toegemaeckt met Hemelsche Speceryen, gehaelt uyt de kostelyke Winckel der Goddelycke schriften, vermeerdert met Geestelyck banketwerk. Midd. 1643. 8o, 2e druk door den Auteur van nieuws oversien en verbetert. Leeuw. 1660. 8o.
De CL Psalmen Davids, uyt de Hebreeuwsche in de Nederlandsche tale van woord tot woord overgeset (in gemeeten. onrym) en met de nieuwe oversettinge des Bybels overeenkomende. Midd. 1644. 8o, van welk werk een verbeterde druk verscheen onder den titel:
Davids Psalmen, gedicht aen d' eene zijde door P. Dathenum, aen d' ander zyde door J. de Brune enz. nu met de tweede druck, van veers tot veers, geheel verbetert, en op een vloeyende mate, naer de oude wyzen gestelt. Amst. 1650. 12o.
Salomon's Hooglied, met verklaringhe van de historische ende letterlicke zin. Midd. 1647. 12o.
Berymde Keurspreucken van Salomon verklaard in 't Handboek van J. de Mey. 1650.
Bankketwerk van goede Gedachten. 2 deelen 8o, van welke het 1e deel in 1657 en het 2e in 1660 te Middelburg het licht zag, in welk jaar het 1e deel herdrukt werd.
Behalve deze werken, welke niet slechts blijken van grondige geleerdheid dragen, maar in eenen goeden kieschen stijl geschreven zijn, vindt men van dit arbeidzaam vernuft nog eenige gedichten in den Zeeuwschen Nachtegaal, voor boeken van anderen, en elders verspreid. Alle zijne gedichten zijn kiesch van uitdrukking, vloeijend van dichttrant, en vol van geestige wendingen. Zijn zinnewerk is zedekundig en verstandig. Ook heeft hij het ontwerp gemaakt van den Gedenkpenning, welken de Staten van Zeeland na het eindigen van de groote Staatsvergadering ten jare 1651 in 's Hage gehouden, ter gedachtenis lieten slaan.