[Gijsbert van Bronkhorst]
BRONKHORST (Gijsbert van), Heer van Schoot, zoon van Andries van Bronkhorst en van Wendelmont van Boschhuizen, was een dergenen die, ingevolge eene aanschrijving van de Vrouwe Regentesse der Nederlanden, den 11den Mei 1566, voor Commissarissen van den Hove van Holland geroepen werd om te verklaren: ‘wat effecten ende genegenheid zij tot den dienst van den Koning hadden; ende of zij gezind waren het met Zijne Majesteit te houden en den zelven tegens een ieder te dienen, en hetgeen hen wegens Zijne Majesteit zal worden bevolen te gehooren, alles ingevolge de verpligting van hunnen Leenen en van den Eed, alsmede om te renuncieren van alle Verbonden, Confederatiën en Obligatiën ter contrarie.’
Het schijnt dat hij werkelijk voor Commissarissen verschenen is zich verantwoord heeft. Hij overleed in 1576 en was gehuwd met Levina de Bryaarde, bij wie hij verwekte Lambert van Bronkhorst, Heer van Schoot; Levina van Bronkhorst, getrouwd met Jacob Sandelyn, Heer van Heerenthoute, en Geertruid van Bronkhorst, gehuwd met Anthonis van Vliet, Heer van der Coulster.
Zie van Gouthoeven, Chron. van Holl., bl. 160; van Leeuwen, Bat. Ill., bl. 895; d'Yvoy van Mydrecht en Beeldsnijder, Verb. der Edelen, bl. 79, in welk werkje mede het facsimile zijner handteekening voorkomt.