te bruine tint had, hebben zijne portretten veel overeenkomst met het leven en de natuur. Als Historieschilder gaf hij blijken van goeden smaak in het componeren, en bragt eene tamelijke goede uitdrukking in zijne figuren; doch het ontbrak hem dikwijls aan bevalligheid en smaak. Sommige van zijne stukken zijn naauwkeurig bewerkt, met ongedwongen en natuurlijke standen, doch in andere laten zijne omtrekken nog al wat te wenschen over.
Behalve een groot aantal portretten, die ongemeen natuurlijk en krachtig geschilderd zijn, vindt men ook eene menigte van zijne roemwaarde kunststukken, zoo in Godshuizen als anderzins te Amsterdam, welke zijnen roem wel zullen doen voortduren. Zoo ziet men van hem in het Paleis te Amsterdam:
De Aanstelling van de zeventig oudsten in het kamp van Israël.
Mozes voor de tweedemaal met de Wet van den berg Sinaï komende.
Fabricius in het kamp van Pyrrhus.
in de consistoriekamer der Zuiderkerk te Amsterdam:
Het aanbrengen van geschenken tot opbouw van Salomons tempel;
in de Krijgsraadkamer te Gouda:
een kapitaal Schutterstuk, met het jaarmerk 1653;
in 's Rijks Museum te Amsterdam:
het Portret van den Luitenant-Admiraal, Hertog en Ridder Michiel Adriaansz. de Ruiter.
het Portret van Jacob van Kampen, bouwheer van het Stadhuis (thans Koninklijk Paleis) te Amsterdam;
in het Koninklijk Kabinet te 's Gravenhage:
het Portret van den Admiraal de Ruiter.
het Portret van Engel de Ruiter.
In de Schilderijengallerij te Dresden:
De Vlugt naar Egypte.
Doch een der schoonste werken van dezen verdienstelijken Meester treft men aan in de Regentenkamer van het Leprozenhuis te Amsterdam, dat in 1649 geschilderd werd. Het is een Regentenstuk, met zes beelden ten voeten uit en levensgroot. Een der daarop voorkomende portretten is zoo volkomen in de manier van Rembrandt, dat men het afzonderlijk ziende, niet slechts voor het werk van dien weergaloozen Schilder, maar zelfs voor een zijner beste meesterstukken zou aanzien. In dat zelfde huis zijn van Bol nog twee Regentstukken en
De geschiedenis van Naäman den Syriër.
In het door de vlammen verteerde Admiraliteits-magazijn te Amsterdam, praalde in een der vertrekken boven de deur, een uitmuntend tafereel van dezen Meester, voorstellende
's Lands Hooge Regering in de gedaante eener aanzienlijke vrouw, den staf van bevel aan eenen Zee-overste toereikende.
Zijn portret komt voor bij Immerzeel, Levens en Werken der Kunsts., D. I. bl. 71.