[Hans Willem Baron van Aylva]
AYLVA (Hans Willem Baron van), Heer van Waardenburg, Neerijnen en Warmenhuizen, zoon van den voorgaande, geboren in 1751, werd in 1780 Grietman van het Bildt, en deed in 1781 als volmagt van het kwartier Westergoo, met C.G. van Wassenaer en Bonifacius van der Haer, protest teekenen tegen het besluit der meerderheid van de Staten van Friesland, ‘om ter Algemeene Staatsvergadering ten sterkste aan te dringen, dat de Collegiën ter Admiraliteit dezer Landen moesten gelast worden, om ter tafel van Hunne Hoogmogenden ten spoedigste in geschrift in te brengen, de redenen, die zij vermeenden de oorzaken te zijn van het langzaam toerusten ter zee, met eene opgave der middelen, geschikt om dit kwaad te weren,’ als houdende dit besluit naar hun oordeel in, eene betuiging van wantrouwen omtrent het gedrag en de maatregelen, die de Stadhouder Willem V, als Admiraal-Generaal van de Unie, gehouden en beraamd had.
In 1787 was hij Lid van het Gezantschap dat namens de Algemeene Staten naar Wezel werd gezonden om den Koning van Pruissen, op zijne reis herwaarts, te gaan verwelkomen, even als hij in 1794 een der vier Afgevaardigden was, die uit Hunne Hoogmogenden naar Brussel gezonden werden, om Keizer Frans II, wegens zijne behoudene aankomst in de Oostenrijksche Nederlanden te gaan begroeten.
Inmiddels had hij in 1788 de grietenij het Bildt met die van Baarderadeel verwisseld, welke hij echter in 1795, uit hoofde van de omwenteling moest verlaten. Na dien tijd schijnt hij een ambteloos leven te hebben geleid, tot dat hij, die na de omwenteling van 1813 Lid van de Ridderschap van Friesland werd, door Koning Willem I werd benoemd tot Opperhofmaarschalk en Lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, en tevens versierd met het