hem zoveel mogelijkheden bood om zijn kennis te verdiepen. Bij de Duitse studie had hij vooral te maken met prof. B. Sijmons, die hij vereerde en waaraan hij ongetwijfeld zijn belangstelling voor het Oud-Noors en voor de Scandinavische talen in het algemeen te danken had. Verder verdiepte hij zich in psychologie en filosofie, waarbij prof. G. Heymans zijn leidsman was. De toevloed naar de universiteit was toen nog niet zo overweldigend als nu en de belangstelling voor psychologie en filosofie ondanks een figuur als Heymans maar matig; er waren colleges, waarbij Dijkstra naast de latere prof. H.J.F.W. Brugmans de enige toehoorder was! De belangstelling voor deze vakken, evenals die voor de Scandinavische talen, zou hem een leven lang bijblijven. Persoonlijk herinner ik me nog het enthousiasme, waarmee hij in zijn studententijd mij belangstelling voor onder meer de Präludien van Windelband en de boeken van Henri Bergson bijbracht.
Er was nog een gebied waarop Groningen hem veel te bieden had: de muziek. Dijkstra, zelf een goed pianist, zou niet licht een concert van het Groninger Orkest verzuimen. Vaak zijn wij, na ons in filosofie verdiept te hebben, naar de Harmonie getogen. Na afloop van het concert kon ik dan op een holletje nog net de laatste trein naar Leeuwarden pakken.
Nog voor hij zijn doctoraal examen Duitse taal- en letterkunde had afgelegd was Dijkstra al leraar in Leeuwarden geworden en was hij getrouwd met een onderwijzeres uit Mantgum, die in zijn studententijd in Groningen voor de klas stond. Zijn economische toestand heeft hem er ongetwijfeld toe gedwongen zo spoedig al leraar te worden. Het hield het gevaar in dat hij kon worden ontslagen, als er een wel-bevoegde naar zijn functie zou solliciteren. De spanning, die met die onzekerheid gepaard gaat, is hem niet bespaard gebleven, vooral toen door de houding van een (naar later bleek overspannen) academische docent zijn doctoraal een paar maal moest worden uitgesteld. Zijn promotie vond plaats in 1946, ook in Groningen.
Dijkstra is leraar geweest, eerst in een combinatie van de Gemeente-hbs en het Gymnasium in Leeuwarden, later door een combinatie aan de gymnasia in Leeuwarden en Sneek. Hij stond bekend als een voortreffelijk leraar, die zijn leerlingen niet alleen onderwees in de Duitse taal- en letterkunde, maar hen ook belangstelling wist bij te brengen voor andere dingen, onder andere voor filosofie. Hij gaf daarin lessen buiten het schoolprogramma om en pleitte ook in een lezing voor collega's en ouders voor de invoering van filosofie als examenvak. Het kan zeker niet los gezien worden van zijn initiatief dat het stedelijk gymnasium in Leeuwarden in 1974 de