| |
| |
| |
Klaas van der Geest
(Schiermonnikoog, 27 november 1903-10 oktober 1964)
Klaas is op het eiland Schiermonnikoog geboren. Toen hij twee jaar was, werd zijn vader ongeneeslijk ziek, een verlamming die steeds erger werd en waarschijnlijk veroorzaakt was door het te lang in ijskoud water staan bij het redden van drenkelingen. Na vijftien of zestien jaar hulpbehoevend te zijn geweest is hij gestorven. In al die jaren moest zijn moeder voor het gezin de kost verdienen zodat Klaas niet bepaald een gemakkelijke jeugd heeft gehad. Over zijn moeder sprak hij tegen mij altijd met liefde en grote bewondering.
Als kind schreef hij al verhaaltjes, die hij op een geheime plaats begroef. Ondanks alle tegenslag is hij toch naar de zeevaartschool gegaan en later naar Amsterdam om zijn opleiding te voltooien. Hij was een intelligente jongen, een van zijn beste vakken was wiskunde.
Hij was gesloten van aard, zoals dat bij de mensen op de eilanden meer voorkomt. Op zijn zeventiende of achttiende jaar haalde hij zijn derde rang stuurman, later de tweede en eerste.
In Rotterdam waar ik voor de tweede wereldoorlog cursussen gaf op de Volkshuizen, voornamelijk op het Zuider Volkshuis, hoorde hij in een zeemanskroeg over mij praten. Iemand vertelde dat ik les gaf in het Engels en clubleidster was voor verschillende groepen. Bovendien schreef ik recensies in de N.R.C. Zijn collega's die wisten dat hij wel eens verhalen schreef, maar dat ze altijd overboord gingen voordat iemand ze gelezen had, raadden hem aan eens te gaan praten met die mevrouw die op het Manpad in een klein huisje woonde. Laat op een avond werd er gebeld en toen ik opendeed stond er een onbekende zeeman voor de deur. Hij had een tas onder zijn arm en vertelde meteen waarvoor hij kwam. Die verhalen van hem betekenden niets, dat wist hij heel goed. Hij had veel gelezen en als je het met Conrad of London vergeleek, was het verloren moeite om zijn ‘schrijfsels’ (dat woord bestond toen nog niet) te lezen. Toch wou hij graag van mij weten waar nu precies het verschil in bestond, tussen die kletspraatjes van hem en goede literatuur.
Ik vroeg of hij het meteen moest weten, voor een beoordeling had ik toch wat meer tijd nodig. Ja, maar morgen moest hij weer naar zee en hij zou een hele tijd wegblijven. Ook niet per brief te bereiken? Nee, die raakten altijd weg.
Dan maar tot de volgende keer en doorgaan met schrijven, was mijn
| |
| |
advies want iemand die dat ‘niet laten kan’, zoals hij zei, zal het vak wel moeten leren en daar is oefening voor nodig. Na dit ouderwetse advies - het is zeker vijftig jaar geleden - hebben we uren in de nacht gepraat over alles en nog wat, maar niet over literatuur. Hij vertelde mij dat hij over zijn jeugd, over zijn reizen als stuurman, over alles wat er in de wereld gaande was, moest schrijven, anders had hij geen rust. Maar zijn nederlands was niet vlekkeloos, beweerde hij, en we waren het erover eens dat dit niet alleen nodig was maar ook geleerd kon worden.
Ons volgende gesprek verliep niet zo kalm en gemoedelijk als de eerste ontmoeting. Ik had namelijk nogal wat aanmerkingen op vorm en inhoud van de verhalen, die Klaas bij mij achtergelaten had. Hij had genoeg zelfkritiek maar aanvaardde aanmerkingen op zijn werk heel moeilijk van anderen. Ik was trouwens de eerste aan wie deze eer te beurt viel en al herhaalde ik telkens weer dat ik Montessorileidster was die het beginsel huldigde: ‘de grootste eerbied betonen en de hoogste eisen stellen,’ vond hij dat wel mooi, maar dan voor kinderen en niet voor volwassenen. Eigenlijk ging hij toen teleurgesteld weg ofschoon ik zei dat ik er op rekende hem over een paar maanden terug te zien met beter werk.
Dat is dan ook gebeurd, zijn nederlands was uitstekend en de inhoud van zijn schrifturen was veel boeiender en meer van hemzelf, geen nabootsing van door hem bewonderde schrijvers.
Natuurlijk heeft hij het niet gemakkelijk gehad. Zijn reportage over de muiterij op de Zeven Provinciën en zijn belangstelling voor wat er in de Sowjet Unie gebeurde, was daar niet vreemd aan. Zowel bij de zeevaart als bij het publiceren van zijn boeken zat zijn naam van ‘linksgeoriënteerd’ schrijver hem in de weg. Toen Hitler aan de macht kwam, of misschien nog wel voor die tijd, nam hij brieven mee naar Nederland, in de mouw van zijn jekker. Later werd dit ontdekt evenals het vele werk, dat hij voor emigranten heeft gedaan die hij op een andere manier naar de veilige haven van ons land bracht. Een roemrijk ontslag bij de Maatschappij Nederland was het gevolg hiervan. Tevens was dit zijn laatste reis. In Groningen heeft hij nog bij de Hunzeboten gewerkt, maar de crisis kwam en Klaas moest gaan stempelen.
Hij begon toen kinderverhalen te schrijven voor de Haagse Post en andere bladen. Het in 1940 verschenen jongensboek Pieter Pieterszoon is een van de beste verhalen voor kinderen, die ik ooit gelezen heb.
In 1935 schreef hij Eiland in de Branding; een boek dat veel succes heeft gehad en door bemiddeling van Clara Asscher-Pinkhof in 1937 door
| |
| |
Leopold is uitgegeven. Spoedig daarna verschenen Thuisreis (1938) en Wrakhout (1939), waarvan de titels ook veelzeggend zijn, en tal van korte verhalen en reportages in het Algemeen Handelsblad. Voor Van Gorcum schreef hij een paar goede kinderboekjes: Het Houten mannetje, de Beer van Jannie en Het kleine Kereltje e.a. Zijn eerste vertaling was van Hell on Ice.
Toen de oorlog kwam mocht er niets meer van Klaas van der Geest verschijnen. In 1941 werd hij door de Duitsers gehaald, in 1943 werd hij tot de nederlandse grens geholpen, weer aangehouden, maar in een verkeerde trein geschopt. Zo kwam hij thuis.
Voor illegaal werk heeft hij nog in Vechte en in Wilhelmshafen gevangen gezeten. In 1946 kreeg hij een baan bij de toenmalige uitgeverij Republiek der Letteren. Hij begon toen ook weer zelf te schrijven. Zijn laatste roman heette Vaart naar het Einde (1964).
De radio-voordrachten die Klaas gehouden heeft o.a. over Lincoln en Andersen staan niet op de hierna volgende boekenlijst. Vertalingen uit het frans, duits (vóór de oorlog), engels, fins, noors, zweeds en deens zijn wel een bewijs van het enorme gevoel voor talen en van het harde werken, dat deze zeeman-schrijver op velerlei gebied gedaan heeft, en waarvoor hij lang niet de waardering en de bekendheid heeft gekregen die andere schrijvers van goede en minder goede boeken wel te beurt is gevallen.
Ten slotte moet ik nog vermelden het buitengewoon goed geschreven, indrukwekkende boek Gezegend is het land, dat in 1949 bij Leopold is uitgekomen. Voor dat boek kreeg hij de Thieme-prijs met een gouden medaille op voorstel van een jury waarin Dr. A. Romein-Verschoor en Dr. V.E. van Vriesland zitting hadden.
MR. I.E. PRINS-WILLEKES MACDONALD
| |
Lijst van geschriften
1937 | Eiland in de branding. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1938 | Thuisreis. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1939 | Wrakhout. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1940 | Margreet. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1940 | Pieter Pietersoon, lichtmatroos op een kaperschip. Met teek. van Piet Marée. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1940 | De reis rond Kaap Hoorn. Zeist, Ploegsma. |
1941 | 't Sal waerachtigh wel gaen. Verhaal van de reijse bij de Hollandtsche schepen gedaen naer Oost Indien, haar avontuer ende succes, naer d'oude journaelen. Romantisch naverteld. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
| |
| |
1947 | Op 't Zuydlandt gestrand. (Stofomslag en ill. van M.C.A. Meischke). Meppel, A. Roelofs van Goor. |
1948 | De beer van Jannie. De lotgevallen van een teddy-beer. Met tek. van Lies Veenhoven. Assen, Van Gorcum & Comp. (Akkerklokjes, No. 14). |
1948 | Deining. Amst., C. de Boer Jr. (Bibliotheek der zeven zeeën). |
1948 | Mijn oom Becker. Novelle. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1948 | Sloep drijft af. Geïll. door Frans van Lamsweerde. Haarlem, De Gulden Pers. |
1949 | Gezegend is het land... Roman. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1949 | Jonker Hendrik onder de rovers. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1950 | Brand op de bloeiende helde. Ill. van Jan Lutz. Nijkerk, G.F. Callenbach. |
1950 | Giethoornse vrijbuiters. Geïll. door Jan Lutz. Meppel, H. ten Brink. (Serie Het goede jeugdboek. Onder red. van K. van der Geest). |
1950 | Morgen schijnt weer de zon. Antw., Zaltbommel, J. van Tuyl. (Triomfreeks). |
1951 | Janneke. (Ill. van Roeland Koning). Nijkerk, G.F. Callenbach. (Nobel-reeks). |
1951 | Het kleine kereltje. Plaatjes van Wim de Haan. Purmerend, J. Muusses. |
1952 | Het houten mannetje. Met ill. van Johannes Mulders. Assen, Van Gorcum & Comp. (R. Oostra's Akkerklokjes. Een serie verhalen voor de jeugd. No. 18). |
1952 | Invasie in San Salvador. Geïll. door Jaap Veenendaal. Meppel. H. ten Brink. |
1952 | Reis naar de sterren. Antw. (België), J. van Tuyl. (Triomfreeks). |
1953 | Hans Christiaan Andersen. Amst., Stichting I.V.I.O. (Koninginneweg 62). (AO-reeks. Onder red. van C.J.J. Wiedhaup en H.J. Binnendijk No. 471). |
1953 | De schrik der wadden. Nijkerk, G.F. Callenbach. |
1953 | Toch wachtte het leven. Zwolle, La Rievière & Voorhoeve. (Horizonreeks). |
1953 | Vogels in de nacht. 's-Gravenh., H.P. Leopold. |
1954 | Achter stampende hoeven. Tom Hoekstra als veedrijver in Australië. (Ill. van Marits Rietdijk). Meppel, A. Roelofs van Goor. |
1954 | Op weg naar de toekomst. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Nobel-reeks). |
1954 | De wonderbron. Sprookjes en verhalen. Ill. van Irmgard Wille. 's-Gravenh., G.B. van Goor Zonen. |
1955 | Jan Bernards onverwachte vakantie. (Jan Bernard-serie. No. 1). Platen van Jaap Veenendaal. 's-Gravenh., G.B. van Goor Zonen. |
1955 | Jan Bernards avontuur met Murk. (Jan Bernard-serie. No. 2). Platen van Jaap Veenendaal. 's-Gravenh., G.B. van Goor Zonen. |
1956 | Jan Bernard en zijn vrienden. Platen van Jaap Veenendaal. (Jan Bernard-serie. No. 3). 's-Gravenh., G.B. van Goor Zonen. |
1956 | Jos overwint zichzelf. Ill. van Randi Doorman. Amst., Ploegsma. (Wielewaalreeks. No. 16). |
1956 | Zon door de ruit. Utr., A.W. Bruna & Zoon. (Zwarte beertjes. No. 29). |
1957 | Mist. Amst., C. de Boer Jr. (1957). |
1958 | Alexander de Grote. Platen van John Hummel. 's-Gravenh., Van Goor Zonen. (Gulden sporen serie. Klassieke verhalen opnieuw aan de jeugd verteld. No. 18). |
1958 | Blokpost 16. Met ill. van A.A. Tadema. Nijkerk. C.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 1). |
1958 | Expeditie 0-75. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 2). |
1958 | Storm over de wildernis. (Tek. van P.A.H. van der Harst). Hilversum, C. de Boer Jr. |
1959 | Brand in boortoren 2. Met ill. van A.A. Tadema. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 4). |
| |
| |
1959 | De ondergang van de Pemex IV. Met ill. van A.A. Tadema. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 5). |
1959 | SP2 meldt zich. Met ill. van A.A. Tadema. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 6). |
1959 | Tussen 70 en 80o zuid. Met ill. van A.A. Tadema. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 3). |
1960 | De krielhaan. Zwolle, La Rivière en Voorhoeve. |
1960 | Operatie Agadir. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 10). |
1960 | Sabotage op Old Mike. Met ill. van A.A. Tadema. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 8). |
1960 | Tanker Arcturus. Met ill. van A.A. Tadema. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 7). |
1960 | De zoutmijnen van de Bal Harith. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 9). |
1961 | Het meisje Vivian. Zwolle, Erven J.J. Tijl. (Tilia reeks. No. 31). |
1961 | Opdracht uitgevoerd. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning-reeks. No. 12). |
1961 | Orkaan Old Joe. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning-reeks. No. 14). |
1961 | Overval op Juan Fernandez. Met ill. van Hans Borrebach. Nijkerk, C.F. Callenbach. |
1961 | Transport verhinderd! Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning-reeks. No. 13). |
1961 | Vlucht uit Kongo. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning-reeks. No. 11). |
1962 | Attentiesein neer! Amst., De Arbeiderspers. (Arbo-serie). |
1962 | Helikopter Bell 47-D vermist. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning-reeks. No. 15). |
1962 | O 16. Oorspronkelijke roman. Amst., A.J.G. Strengholt. |
1962 | Plaats onder de zon. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Nobel-reeks). |
1962 | Vernietig de raketten. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning-reeks. No. 16). |
1963 | Contrabande. Met ill. van G. Gremmen. Nijkerk, G.F. Callenbach. (Ato-reeks. Avontuur, techniek en ontspanning. No. 17). |
1963 | Gezegend is het leven. Roman. Amst., A.J.G. Strengholt. |
1963 | Koers O. 9.0. (Voor jongens van 13-17 jaar). Nijkerk, G.F. Callenbach. (Flevo jeugdpockets. No. 12). |
1963 | Onrust op het eiland. Geïll. door J.J. Hartogh. Voor jongens en meisjes van 10 jaar en ouder. Amst., De Arbeiderspers. (AP-jeugdserie). |
1963 | Tijgers van de sneeuwvelden. Roman naar het leven van Sherpa Tenzing. Met drie kaarten. Zwolle, La Rivière & Voorhoeve. |
1964 | Vaart naar het einde. Roman. Amst., A.J.G. Strengholt. |
1) | In deze lijst zijn uitsluitend eerste drukken opgenomen. |
2) | Niet zijn opgenomen: a) vertalingen door Van der Geest; b) vertaald werk van Van der Geest. |
|
|