Fredericus Gerrit Anthony Stemvers
(Rotterdam, 31 januari 1896 - Arnhem, 17 mei 1961)
‘Het doel van het literatuuronderwijs is allereerst: het opgroeiend geslacht een wereld van kultuur, schoonheid, geestelijke diepte, genot of ontspanning te ontsluiten, die het voordien niet kende, hun iets voor het leven mee te geven, dat de geest vervult en tot steun en troost kan strekken’. Aldus F.G.A. Stemvers in 1932 in zijn artikel in ‘Levende Talen’: ‘Het Moedertaalonderwijs op de middelbare school’.
En: ‘Waar het individuele onderwijs betere mogelijkheden biedt dan het klassikale, zal ik het gaarne toepassen, mits het klassikaal onderwijs niet geheel verdrongen wordt. Want daarmee zou een waardevol opvoedingsmiddel aan ons volk ontnomen worden, n.l. het leren luisteren en voorts het zich leren schikken als individu naar de eisen van een groep of gemeenschap. En dat is nog altijd broodnodig voor zulke aartsindividualisten als wij, Nederlanders, zijn’. Het is wederom Stemvers, nu in 1948, eveneens in ‘Levende Talen’ in een beschouwing over ‘De voorbereiding voor het mondeling examen Nederlands’.
Verder: ‘Ik geef de voorkeur aan de vrije keuze van de zelfstandig te lezen boeken voor het eindexamen. Mijn voornaamste argument hiervoor is, dat de school zo doende niet treedt in de rechten van de ouders. Zij immers kunnen gegronde morele, ethische of religieuze bezwaren hebben tegen bepaalde boeken en er wordt geen enkel belang mee gediend deze bezwaren te trotseren’ (eveneens in 1948 t.a.p.).
Deze citaten zijn tekenend voor de man aan wie dit levensbericht is gewijd: een ernstig idealist, een serieus docent, een evenwichtig, bezonnen en verdraagzaam man.
Stemvers, die op 31 januari 1896 in Rotterdam geboren werd en daar van 1914 tot 1925 onderwijzer met hoofdacte was, behoorde van het begin van zijn loopbaan bij het middelbaar onderwijs - in 1923 slaagde hij voor het examen Nederlands M.O., van 1925-1931 doceerde hij aan de Rijks H.B.S. te Enkhuizen en sinds 1931 te Arnhem aan wat eerst Gem. H.B.S.A. heette en thans Thorbecke-Lyceum - tot die groep enthousiaste leraren in de Nederlandse literatuur, welke de vernieuwing van het onderwijs daarin doorvoerden, stoelend op het pionierswerk der vóórgaande generatie: Kalff (1856) (1893: ‘Het onderwijs in de moedertaal’); Van den Bosch (1862) (1896: ‘Lees- en Taal- boek’) en Buitenrust Hettema (1862) (1891: ‘Taal en Letteren’);