Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1943
(1943)– [tijdschrift] Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde [1901-2000]– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 15]
| |||||||||||||||||||||||||
John Irwin Brown, M.A.; D.D.Ga naar voetnoot1
| |||||||||||||||||||||||||
[pagina 16]
| |||||||||||||||||||||||||
ontving er ook een met het opschrift: ‘The youngest first class student in the United Kingdom’. Aan deze opleiding dankte Brown zijn liefde voor en kennis van de natuur en bovenal de gave om scherp en nauwkeurig op te merken. Veertien jaar oud werd John gezonden naar de zeer goed bekende ‘High School’ te Coleraine (N. Ierland). Daar verwierf hij de bul, die hem toelating gaf tot Queen's College te Galway, vanwaar hij overging naar het ‘Assembly's Theological College’ te Belfast. Tot den overgang naar de theologische studie besloot de jonge student eerst nadat hij een jaar lang rechten had gestudeerd. De uitslagen van zijn studie werden aangeduid met de praedicaten ‘eervol’ en ‘zeer eervol’. Bijzonder onderscheidde hij zich in de kennis der Grieksche en Latijnsche classieken en in moderne litteratuur. De M.A. achter zijn naam was geen ijdel toevoegsel. In 1886 werd Brown toegelaten tot het predikambt. In dat jaar was een vacature ontstaan bij de Schotsche gemeente te Rotterdam; de candidaat solliciteerde, met twee anderen, en werd gekozen tot predikant bij de ‘Scots Church of Rotterdam’, zooals Brown haar het liefst noemde, een ambt, dat hij vervulde tot aan zijn eervol emeritaat in 1934. Gedurende 48 jaren had hij zijn gemeente gediend en op zulk een wijze, dat zij het gemis aan dezen man pijnlijk is blijven gevoelen. Waardoor was zulk een sterke band ontstaan? Brown wist, ondanks verschil van opvatting, dat bij zijn komst onder zijne gemeenteleden heerschte, met allen om te gaan en hun vertrouwen te winnen. Het meest gaf hij zich aan de jongeren en dat niet enkel bij het godsdienstonderwijs. Hij vormde om zich een kring van jongeren, met wie hij de groote Engelsche dichters las. Shakespeare werd bestudeerd; de meest gevorderden werden aangespoord om in het Engelsch met elkaar te debatteeren, waarbij b.v. de een Brutus' houding verdedigde, de ander den moord op Caesar als bedenkelijk in politieken en zedelijken zin afkeurde. Klassen werden gevormd, die zich in verbinding stelden met de ‘Scottish classes for study and examination’. Gedurende enkele jaren ontving de Rotterdamsche klasse de hoogste prijzen in den onderlingen litterairen wedstrijd. Geen wonder, dat tal van jonge menschen, die zich in het Engelsch wenschten te bekwamen, het op hoogen prijs stelden aan deze klassen te mogen deelnemen. Ter bevordering van de gemeenschap onder de jongelieden werd een maandschrift uitgegeven, sinds 1895 ‘Our Magazine’ dat zij zelf vulden, maar waarin Dr Brown, als hoofd- | |||||||||||||||||||||||||
[pagina 17]
| |||||||||||||||||||||||||
redacteur zeer lezenswaarde artikelen plaatste. Het blad was ook bestemd voor de Engelsch-Presbyteriaansche gemeenten van Amsterdam, Brussel, Middelburg en Vlissingen. Zijn vele arbeid verhinderde Brown niet de aan de academie aangevangen studie voort te zetten. In 1892 werd hij Bachelor of Divinity en in 1915 vereerde zijn Alma Mater hem met den titel van Divinity Doctor. Dr Brown had eerbied voor het verleden. Hij toonde dien niet alleen in de ernstige studie door hem gemaakt van de historie zijner kerk, ook hierin, dat hij het 250 jaar lang bestaan van de Schotsche Kerk te Rotterdam in 1893 herdacht in de toen reeds zeer vervallen St. Sebastiaanskapel, toen het oudste kerkje van Rotterdam, waarbinnen zijn gemeente van 1658 tot 1697 had vergaderd. Tot het breede werk van Dr Brown moeten gerekend worden de door hem geïnstitueerde samenkomsten, waarin voorgangers van alle Christelijke Kerken in Rotterdam werden uitgenoodigd een taak te vervullen. Bijna alle kerken namen de uitnoodiging aan en dus werden, sinds 1925, in de Schotsche kerk jaarlijks diensten gehouden om gestalte te geven aan de in Stockholm geboren gedachte, dat de kerken de taak hadden om den vrede te bevorderen. In deze diensten werd, door een groot aantal voorgangers, in zes talen getuigd van de saamverbondenheid en den vredeswil der Christelijke kerken, hoezeer zij mogen verschillen in geloofsformuleering, vorm of gewoonte. Was Dr Brown buiten zijn gemeente bekend geworden door zijn ‘English Classes’, nog meer geschiedde dit door zijn voordrachten. Vrij wat uit die voordrachten is opgenomen in de boekjes, die hij onder den schuilnaam Cuey-na-Gael (soms ook onder eigen naam, maar dan plaatste de uitgever op den omslag het zoo gunstig bekende Iersche pseudoniem) uitgaf; maar deze werken geven, a1 blijven zij kostbaar materiaal voor vreugdewekkend onderricht, op verre na niet weer wat de levende voordracht bood. Niet alleen is er niet alles in opgenomen, wat hij voordroeg, maar de rustige wijze - de oogen alleen lachten - waarop hij onweerstaanbare geestigheden lanceerde, is onvergetelijk. Hoe voortreffelijk werden de karakterverschillen van Engelschman, Ier, Welshman en Schot geteekend. Begrijpelijk werd gemaakt, dat een Engelschman kon beweren: ‘er is een trepanatie noodig om een grap in het hoofd van een Schot te brengen’, waar toch Schotsche geestigheid de Engelsche verre overtreft. Het verschil werd duidelijk als Brown ons liet hooren dat woordspelingen en welke! het hoofdbestanddeel zijn van Engelsche | |||||||||||||||||||||||||
[pagina 18]
| |||||||||||||||||||||||||
geestigheid. Een Schot waardeert een woordspeling slechts als die bijzonder geestig is en een doel raakt. Met moeite weerhoud ik mij hier voorbeelden in te lassen. In 1934 vroeg en verkreeg Dr Brown eervol emeritaat. Hij bleef wonen in Rotterdam, waar hij den 2en Februari 1937 overleed. Dr Irwin Brown's verdiensten werden erkend door Koningin Wilhelmina, die hem met het officierskruis van Oranje-Nassau eerde en door Koning George V van Groot-Brittannië die hem ‘The order of the British Empire’ verleende.
J.R. Callenbach | |||||||||||||||||||||||||
Lijst der geschriftenOnder eigen naam:
| |||||||||||||||||||||||||
Tijdschrift:Van 1895 tot 1936 verschenen vele artikelen van Brown in het maandschrift ‘Our Magazine’ (Publ. Committee). |
|